Inhoudsopgave
Advertenties
2.7 Gasaansluitingen
KONTROLEER VOORAFGAANDE AAN INSTALLATIE DAT DE GELEVERDE GASSOORT EN -DRUK
OVEREENSTEMMEN MET DE UITVOERING VAN DE BRANDERS.
r
De gasleidingen naar de brander mogen in geen geval:
r
MIDDENDRUK gasdistributienet
GASHOOFDLEIDING
HOOFDLEIDINGAFSLUITER
- door de verhitte zone worden geleid (zie onderstaande tekening)
- druk- of trekbelasting op de beveiligingseenheid uitoefenen. (Bij voorkeur gebruik
maken van een metalen slang)
VERHITTE ZONE
1 m
VERHITTE ZONE
De geleverde druk is hoger dan de bedrijfsdruk van de brander(s).
(zie de tabellen op blz 2).
GASSOORT
G20/G25
G31
SG
SG
SG
FILTER
2 m
GELEVERDE DRUK
maximaal 200 mbar t/m 1,5 bar
maximaal 500 mbar t/m 1,5 bar
MAGNEET OF
BRANDERGROEPVENTIEL
MODEL SX KERAMISCHE GASBRANDER
COMBINATIE AFSLUITER / DRUKREDUCEERVENTIEL
(SG = Stroomloos Gesloten)
12
Advertenties
Inhoudsopgave
