Als het product een nood wateraf-
voerslang heeft, moet u om het water
weg te pompen:
• Trek de noodafvoerslang uit zijn zitting..
• Plaats het uiteinde van de slang in een
grote container. Voer het water af in de
container door de plug aan het uiteinde
van de slang te verwijderen. Als de con-
tainer vol is, moet u het uiteinde van de
slag afsluiten met een plug. Voer al het
water af door de bovenstaande procedu-
re te herhalen na het afvoeren van de
container.
8 Probleemoplossing
Lees eerst het hoofdstuk "Veilig-
heidsinstructies"!
De programma´s starten niet nadat de
laaddeur is gesloten.
• De knop Start / Pauze / Annuleren is mo-
gelijk niet ingedrukt. >>>* Druk op de
Start / Pauze / Annuleren knop.
• Bij te veel laden kan het sluiten van de
laaddeur moeilijk gaan. >>> Beperk de
hoeveelheid wasgoed en zorg ervoor dat
de laaddeur goed wordt gesloten.
Programma kan niet worden gestart of
geselecteerd.
• Het product is overgeschakeld naar de
zelfbeschermingsmodus vanwege een
voedingsprobleem (stroomspanning, wa-
terdruk, etc.). >>> Afhankelijk van het mo-
del van het product selecteert u een an-
der programma door te draaien aan de
programma selectieknop of door de Aan/
Uit-knop ingedrukt te houden gedurende
3 seconden om het programma te annu-
leren. Het vorige programma wordt gean-
nuleerd. Zie Het programma annuleren
[} 35]
• Als het water is afgevoerd, sluit u het uit-
einde opnieuw met de plug en bevestigt u
de slang op zijn plaats.
• Schroef het pompfilter los.
1. Reinig alle resten in het filter alsook ve-
zels, indien aanwezig, rondom de pom-
protor.
2. Vervang het filter.
3. Als het filterdeksel uit twee stukken be-
staat, sluit u het filterdeksel door op het
lipje te drukken. Als het een stuk is,
plaatst u eerst de lipjes in het lage ge-
deelte op hun plek en duwt u daarna op
het bovendeel om het te sluiten.
Er staat water in het product.
• Er kan wat water achtergebleven zijn in
het product door de kwaliteitscontrole-
processen tijdens de productie. >>> Dit is
geen fout; water is niet schadelijk voor
het product.
Het product neemt geen water.
• Kraan is dichtgedraaid. >>> Zet de kranen
open.
• Watertoevoerslang is geknikt. >>> Trek
de slang recht.
• Watertoevoerfilter is verstopt. >>> Reinig
het filter
• De laaddeur is niet gesloten. >>> Sluit de
deur.
Het water wordt niet afgevoerd uit het
product.
• Waterafvoerslang is verstopt of gedraaid.
>>> Reinig de slang of trek deze recht.
• Pompfilter is verstopt. >>> Reinig het
pompfilter.
Product trilt of maakt lawaai.
• Product staat niet in stabiel. >>> Pas de
voetjes aan om het product in evenwicht
te brengen.
NL / 42