Vierde uitgave • Derde druk
11 Motortoerentalkeuzeschakelaar met
indicatielampje
Beweeg deze schakelaar om
het stationair motortoerental te
kiezen. Als het lampje met het
konijnsymbool brandt, duidt dit
aan dat hoog stationair is
geselecteerd. Als het lampje
met het schildpadsymbool
brandt, duidt dit aan dat laag
stationair is geselecteerd.
12 Indicatielampje jib-rotatie (werkbereik)
Wanneer de jib ononderbroken naar rechts wordt
gedraaid, gaat het indicatielampje jib-rotatie
knipperen. Draai de jib naar links om verder te
gaan.
Er gaat geen indicatielampje knipperen wanneer
de jib naar links wordt gedraaid. Draai de jib naar
rechts om verder te gaan.
13 Indicatielampje 'overbelasting platform'
Als het lampje knippert, geeft dit aan dat het
platform overbelast is. Als de machine zich in de
neergelaten rijstand bevindt, kunnen de motor en
functies worden bediend. Als de machine zich
niet in de neergelaten rijstand bevindt, stopt de
motor en treden er geen functies in werking.
Verwijder gewicht tot het lampje uitgaat als de
machine zich niet in de neergelaten rijstand
bevindt en start vervolgens de motor opnieuw.
Onderdeelnr. 1292555DUGT
14 Voedingsindicatielampje
Een brandend lampje geeft aan dat de machine
is ingeschakeld.
15 Indicatielampje 'motor controleren'
Een brandend lampje geeft een motorstoring
aan.
16 Indicatielampje 'brandstoftank bijna leeg'
Een brandend lampje geeft aan dat de
brandstoftank van de machine bijna leeg is.
17 Storingsindicatielampje
Een brandend lampje geeft een systeemstoring
aan.
18 Rode noodstopknop
Druk de rode noodstopknop in naar de stand 'uit'
om alle functies stop te zetten en de motor uit te
schakelen. Trek de rode noodstopknop uit naar
de stand 'aan' om de machine te bedienen.
SX
™
-150 • SX
™
-180
Bedieningshandleiding
Bedieningselementen
29