20. Thermische overbelastingsindicator: Deze geeft aan
dat het apparaat overbelast is of onvoldoende koeling
krijgt.
21. Rechter display: Afhankelijk van de bron voor het
lassen en het lasprogramma geeft het de lasspanning
in Volteenheden of de Trim. Tijdens het lassen toont
het de lasspanningswaarde op dat moment.
22. LED-indicator: Geeft aan dat de waarde op de
rechter display wordt aangegeven in Volt.
23. LED-indicator: Geeft aan dat de waarde op de linker
display is de Trim. Trim is bijstelbaar van 0,50 tot
1,50. 1,00 is de nominale instelling.
24. Rechter regeling: Stelt de waarden bij op de rechter
display
25. LED-indicator: Geeft aan dat de Krater Procedure is
geactiveerd.
26. LED-indicator: Geeft aan dat de golfregelings-
procedure is geactiveerd.
27. Rechter knop: Maakt het mogelijk om te bladeren en
de lasparameters te wijzigen en in te stellen:
Krateren
Golfregelingen
28. LED-indicator: Geeft aan dat het menu Instellingen
en Configuratie is geactiveerd.
29. Linker knop: Maakt het mogelijk:
Om het programmanummer te controleren dat is
toegewezen aan het actieve geheugen. Om het
programmanummer te controleren moet u eenmaal
op de linker knop drukken een keer.
Het lasproces wijzigen.
30. Lasprogramma-indicatoren (niet te wijzigen): De LED
geeft aan dat het niet te wijzigen programma voor
het niet-synergetische proces actief is. Zie Tabel 2.
31. Lasprogramma-indicatoren
gewijzigd): In het gebruikersgeheugen kunnen vier
gebruikersprogramma's worden opgeslagen.
LED geeft aan dat het wel te wijzigen programma
actief is. Zie Tabel 3.
32. Linker regeling: stelt de waarden bij op de linker display.
33. LED-indicator: Geeft aan dat de waarde op de linker
display de Ampère-eenheden betreft.
34. LED-indicator: Geeft aan dat de Draadaanvoersnelheid
op de linker display wordt aangegeven.
Nederlands
(kunnen
wel
worden
De
Wijziging van lasproces
Het is mogelijk om een van de acht las programma's
snel weer op te roepen. Vier programma's staan vast en
kunnen niet worden gewijzigd - Tabel 2. Vier programma's
kunnen worden gewijzigd en worden toegewezen aan
één van de vier gebruikersgeheugens- Tabel 3.
Tabel 2. Niet te wijzigen Lasprogramma's [30]
Symbool
Proces
GMAW
(niet-synergisch)
FCAW-GS
SMAW
GTAW
Opmerking: De lijst met beschikbare programma's hangt
af van de stroombron. Als de stroombron een van de
vier niet te wijzigen programma's niet ondersteunt, dan
gaat de LED [30] die dit programma aangeeft, niet branden.
Tabel 3. Wel te wijzigen Lasprogramma's [31]
Symbool
Proces
Synergisch GMAW
Ø1.0, Staal, MENG
Synergisch GMAW
Ø1.2, Staal, MENG
Synergisch GMAW
Ø1.2, AlMg, Ar
Synergisch GMAW
Ø1.0, Roestvrij,
MENG
Opmerking: De lijst met beschikbare programma's hangt
af van de stroombron. Als de stroombron het programma
uit Tabel 3 niet ondersteunt, dan wordt het eerst
beschikbare lasprogramma geladen in plaats van een
niet-ondersteund lasprogramma.
Het lasproces wijzigen:
Druk op de linker knop [29]. Op de linker display
wordt "Pr" getoond en het programmanummer staat
op de rechter [21].
Druk nogmaals op de linker knop [29] De indicator
voor het lasprogramma (30 of 31) gaat over naar de
volgende in de rij die te zien is in Afbeelding 6.
Druk op de linker knop [29] tot de LED-indicator (30
of 31) het doel, het actieve lasprogramma, niet
aangeeft.
Als het lasapparaat weer wordt ingeschakeld, wordt het
lasproces van de laatste keer en de instellingen ervan
weer opgeroepen.
9
Programmanummer
5
7(155)
1
3
Programmanummer
11
21
75
31
Afbeelding 6
WAARSCHUWING
Nederlands