Hoogtemeterinstellingen
Selecteer Stel in > Hoogtemeter.
Automatische kalibratie: Voert automatisch een kalibratie uit
telkens wanneer u het toestel inschakelt.
Barometermodus: Hiermee stelt u in hoe het toestel
barometergegevens meet. Variabele hoogte meet de
hoogteverschillen terwijl u onderweg bent. Vaste hoogte gaat
ervan uit dat het toestel zich op een vaste hoogte bevindt,
zodat de barometerdruk alleen verandert door de
weersomstandigheden.
Luchtdruktrend: Hiermee stelt u in hoe het toestel
drukgegevens vastlegt. Altijd opslaan slaat alle
luchtdrukgegevens op. Dit kan handig zijn als u let op
weerfronten.
Type plot: Hiermee stelt u het type gegevens in dat wordt
opgenomen en in de grafiek wordt weergegeven. Hiermee
worden hoogteverschillen vastgelegd gedurende een
bepaalde tijd of over een bepaalde afstand, of plaatselijke
luchtdrukverschillen over een bepaalde tijdsduur.
Kalibreer hoogtemeter: Hiermee kalibreert u de hoogtemeter.
Geocaching-instellingen
Selecteer Stel in > Geocaches.
Geocachelijst: Hiermee kunt u de lijst met geocaches
weergeven op naam of code.
Gevonden geocaches: Hier kunt u het aantal gevonden
geocaches wijzigen. Dit aantal wordt automatisch aangepast
als u een gevonden geocache logt.
Filter instellen: Hier kunt u filters maken en opslaan voor
geocaches op basis van specifieke factoren
geocachefilter maken en opslaan, pagina
chirp zoeken: Het toestel zoekt naar een geocache die een
chirp accessoire bevat
pagina
8).
chirp programmeren: Hiermee wordt het chirp accessoire
geprogrammeerd. Raadpleeg de chirp gebruikershandleiding
op www.garmin.com.
Route-instellingen
Het toestel berekent routes die zijn geoptimaliseerd voor het
huidige type activiteit. De beschikbare route-instellingen zijn
afhankelijk van de geselecteerde activiteit.
Selecteer Stel in > Routebepaling.
Begeleidingsmethode: Stelt de voorkeur in voor het berekenen
van de optimale route op basis van afstand, tijd, via wegen of
offroad routes.
Bereken routes voor: Stelt de transportmodus in waarvoor
routes worden berekend.
Zet vast op weg: Zet het positiepictogram, dat uw positie op de
kaart aangeeft, vast op de dichtstbijzijnde weg.
Offroadovergangen: Hiermee stelt u in hoe het toestel routes
bepaalt van het ene punt op de route naar het volgende.
Deze instelling is alleen beschikbaar voor sommige
activiteiten. Afstand hiermee wordt u naar het volgende punt
van de route geleid als u zich op een opgegeven afstand van
uw huidige punt bevindt.
Te vermijden instellen: Hiermee stelt u in welke wegtypen u
wilt vermijden. Deze instelling is alleen beschikbaar voor
sommige activiteiten.
Instellingen waterkaart
Selecteer Stel in > Maritiem.
Waterkaartmodus: Hiermee stelt u het type kaart in dat op het
toestel wordt gebruikt. Nautisch geeft verschillende
kaartelementen in verschillende kleuren weer zodat
Toestelinformatie
(Een
8).
(Zoeken naar chirp inschakelen,
nautische nuttige punten beter leesbaar en de kaart dezelfde
kleuren heeft als papieren kaarten. Vissen (waterkaarten
vereist) geeft een gedetailleerde weergave van
bodemcontouren en dieptepeilingen en vereenvoudigt de
kaartweergave zodat deze optimaal is voor vissen.
Presentatie: Hiermee stelt u de weergave in voor de maritieme
navigatiehulpmiddelen op de kaart.
Maritieme alarmen instellen: Hiermee stelt u een alarm in voor
wanneer u van een opgegeven afstand afdrijft terwijl u voor
anker ligt en wanneer u water nadert met een bepaalde
diepte.
Maritieme alarmsignalen instellen
1
Selecteer in het hoofdmenu Stel in > Maritiem > Maritieme
alarmen instellen.
2
Selecteer het gewenste type alarm.
3
Selecteer Aan.
4
Voer een afstand in.
Toestelinformatie
Toestelgegevens weergeven
U kunt de toestel-id, softwareversie en licentieovereenkomst
weergeven.
Selecteer Stel in > Over.
Ondersteuning en updates
• U kunt software en kaarten voor uw handheld-toestel
bijwerken via Garmin Express
• U kunt software voor uw halsbandtoestel bijwerken via
Garmin WebUpdater.
Ondersteuning en updates
Garmin Express ( www.garmin.com/express) biedt u eenvoudig
toegang tot deze services voor Garmin toestellen.
• Productregistratie
• Producthandleidingen
• Software-updates
• Kaart- of baanupdates
Garmin Express instellen
1
Sluit het toestel met een USB-kabel aan op uw computer.
2
Ga naar www.garmin.com/express.
3
Volg de instructies op het scherm.
De software bijwerken
Voordat u het handheld-toestel of de halsbandsoftware kunt
bijwerken, moet u het handheld-toestel
aansluiten op een computer, pagina
halsband op een computer aansluiten, pagina
computer verbinden.
U moet de software op het handheld-toestel en de halsband
apart bijwerken.
OPMERKING: Als u de software bijwerkt, gaan uw gegevens of
instellingen niet verloren.
1
Ga naar www.garmin.com/products/webupdater.
2
Volg de instructies op het scherm.
Toestelonderhoud
Gebruik geen chemische reinigingsmiddelen, oplosmiddelen en
insectenwerende middelen die plastic onderdelen en
oppervlakken kunnen beschadigen.
™
.
(Het handheld-toestel
13) of de halsband
13) met de
LET OP
(De
11