Condens afvoeren
1. Zet een geschikt opvangreservoir klaar.
2. De schroefkoppeling bij de condensafvoer (4) losdraaien.
3. Verwijder de rubberplug.
4. Laat het condens in het opvangreservoir lopen.
5. Komt er geen condens meer uit, plaats dan de rubberplug
weer in de condensafvoer (4).
– Zorg dat de plug goed vastzit, omdat anders
ongecontroleerde condenslekkage kan ontstaan.
6. De schroefkoppeling bij de condensafvoer (4) weer
aanbrengen.
Reinigen van de luchtinlaten en het luchtfilter
Let op!
Controleer of het filter niet versleten of beschadigd is. De
hoeken en randen van het luchtfilter mogen niet zijn
vervormd of afgerond. Controleer voor het weer plaatsen
van het luchtfilter of het onbeschadigd en droog is!
Het hoofdstuk onderhoudsintervallen opvolgen voor het
op tijd vervangen van het luchtfilter!
NL
A.
4
B.
Bedieningshandleiding – lokale airconditioner PAC 3500
13