Elektrische aansluiting
5.3
Aansluiten van de transmitter
5.3.1
Klemaansluitingen transmitter
1
Kabelwartel voor voedingsspanningskabel: voedingsspanning
2
Kabelwartel voor signaalkabel
3
Aardklem, extern
5.3.2
Klembezetting
De klembezetting is gespecificeerd op een sticker.
De volgende klembezetting is beschikbaar:
Stroomuitgang 4 tot 20 mA HART (actief) en puls-/frequentie-/schakeluitgang
Voedingsspanning
1 (+)
2 (–)
L/+
N/–
Stroomuitgang 4 tot 20 mA HART (passief) en puls-/frequentie-/schakeluitgang
Voedingsspanning
1 (+)
2 (–)
L/+
N/–
5.3.3
Bedraden van de transmitter
• Gebruik een passende kabelwartel voor de voedingsspanningskabel en de signaalkabel.
• Let op de specificaties voor de voedingsspanningskabel en de signaalkabel → 12 .
• Gebruik afgeschermde kabels voor digitale communicatie.
14
1
2
Uitgang 1
26 (+)
27 (–)
Stroomuitgang
4 tot 20 mA HART
(actief)
Uitgang 1
26 (+)
27 (–)
–
3
24 (+)
25 (–)
–
24 (+)
25 (–)
Stroomuitgang
4 tot 20 mA HART
(passief)
Flowmeter Proline 10 HART
A0045438
Uitgang 2
22 (+)
23 (–)
Puls-/frequentie-/
schakeluitgang
(passief)
Uitgang 2
22 (+)
23 (–)
Puls-/frequentie-/
schakeluitgang
(passief)
Endress+Hauser