Inhoudsopgave
Advertenties
Een aantal instellingen worden besproken. Aangezien alle
schermen via dezelfde manier van werken toegankelijk zijn,
worden niet alle schermen besproken.
3.3.1
Lage, gemiddelde en hoge temperatuur
Op de MC-EE kunnen 3 luchttemperaturen worden ingesteld:
een lage, gemiddelde of hoge waarde. Om deze waarden
in te stellen drukt u op de menuknop luchtverwarmer (2) ,
systeemventilator en dan de eerste optie ventilatorcurve in het
instellingsmenu.
Ventilatorcurve (CV)
Lage snelheid bij:
Midden snelheid bij:
Hoge snelheid bij:
4
1
9
Vervolgens selecteert u de waarde die u wenst te wijzigen. De
geselecteerde waarde (1) wordt met een oranje kleur weerge-
geven. Door op de toesten S (5) of R(6) te drukken, veran-
dert u de ingestelde waarde.
Als u op 1 (4) drukt, worden de wijzigingen automatisch
opgeslagen en verlaat u het menuscherm.
3.3.2
Lage, gemiddelde en hoge luchtsnelheid
Op de MC-EE kunnen 3 luchtsnelheden worden ingesteld voor
verwarming: een lage, gemiddelde of hoge waarde. Om deze
waarden in te stellen drukt u op de menuknop luchtverwarmer
(2), vervolgens systeemventilator en daarna op luchtdebiet.
6
30°
1
40°
2
50°
3
5
6
:
Wijzigingen voorbehouden
Luchtdebiet (CV)
Laag:
Midden:
Hoog:
4
1
Vervolgens selecteert u de waarde die u wenst te wijzigen.
De geselecteerde waarde (bv. 3) wordt met een oranje kleur
weergegeven. Door op de toesten S (5) of R(6) te drukken,
verandert u de ingestelde waarde.
Als u op 1 (4) drukt, worden de wijzigingen automatisch
opgeslagen en verlaat u het menuscherm.
3.3.3
Relatie tussen luchttemperatuur en luchtsnel-
heid, ventilatorcurve
60°
55°
1
50°
45°
40°
2
35°
30°
3
25°
4
0%
10%
20%
30%
40%
De relatie tussen luchttemperatuur en luchtsnelheid is weer-
gegeven in bovenstaande grafiek. Is de luchttemperatuur lager
dan parameter "lage waarde" (3), dan draait de ventilator
op de snelheid "laag" (4). Is de luchttemperatuur hoger dan
parameter "hoge waarde" (1), dan draait de ventilator op snel-
heid "hoog" (6). Tussenin wordt de snelheid van de ventilator
automatisch aangepast in functie van de luchttemperatuur.
De parameters "gemiddelde waarde" (5) en "midden" (2)
dienen als extra controlepunt om meer controle te hebben over
het luchtdebiet.
10%
1
50%
2
80%
3
5
6
9
:
5
6
50%
60%
70%
80%
Document: IV_MCEE_2017
90%
Advertenties
Inhoudsopgave
