Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

JABSCO Deluxe Flush 58 0 Series Handleiding pagina 4

Inhoudsopgave

Advertenties

De buitenboordkranen MOETEN ook op een plaats
worden aangebracht waar ze voor alle gebruikers van
het toilet gemakkelijk bereikbaar zijn. Als dit om de een
of andere reden niet mogelijk is, MOET u op de slangen
aanvullend op een goed bereikbare plaats doorlaatkleppen
van scheepskwaliteit aanbrengen.
VOORZICHTIG:
gebruik met een hendel bediende
buitenboordkranen en afsluiters met een
volle doorlaat voor waters portgebruik.
Het gebruik van vast te schroeven
schuifafsluiters wordt afgeraden.
Leidingwerk – de juiste methode kiezen
U MOET de juiste methode kiezen voor het
inlaatleidingwerk en het uitlaatleidingwerk,
waarvoor u over respectievelijk 2 en 4
mogelijkheden beschikt. De keuze hangt ervan
af of het toilet boven of onder de waterlijn ligt
en of het water overboord of in een afvaltank
aan boord wordt geloosd.
WAARSCHUWING:
GEVAAR/RISICO: potrand onder
waterlijn.
GEBRUIK ANTISIFONLUSSEN!
Als het toilet is aangesloten op EEN WILLEKEURIGE
rompdoorvoer en de rand van de pot valt onder de
waterlijn, kan er water binnenstromen waardoor het
vaartuig kan zinken en mensenlevens in gevaar komen.
Als de rand van het toilet dus minder dan 20 cm (8")
boven de waterlijn ligt als het vaartuig in rust is, of als er
ENIGE kans bestaat dat de rand van de pot OP ENIG
MOMENT onder de waterlijn komt te liggen, MOET er
een ontluchte antisifonlus worden aangebracht in
willekeurig (in- of uitlaat-) leidingwerk dat door een
rompdoorvoer is gemonteerd.
SPEcIALE OPMERKING 1: Het inlaatleidingwerk
met kleinere doorlaat is riskanter dan het grotere
uitlaatleidingwerk Tenzij het inlaatleidingwerk een
ontluchte antisifonlus heeft, zal er water in de pot
stromen als zowel de inlaatbuitenboordkraan als de
rand van de pot onder de eigenlijke waterlijn liggen.
SPEcIALE OPMERKING 2: Een lus aanbrengen in
de slang zonder een ontluchting te voorzien, kan even
gevaarlijk zijn als helemaal geen lus voorzien omdat er
water over een lus kan spuiten. De ontluchting zelf
voorkomt dat er een hevel of sifon ontstaat.
WAARSCHUWING:
GEVAAR/RISICO: leidingwerk kan
loskomen.
GEBRUIK SLANGKLEMMEN!
Als het toilet is aangesloten op EEN WILLEKEURIGE
rompdoorvoer en het leidingwerk komt los van een
rompdoorvoer of buitenboordkraan, of van het toilet of
een secundaire afsluiter, dan kan er water binnenstromen
waardoor het vaartuig kan zinken en mensenlevens in
gevaar kunnen komen.
Daarom MOETEN de uiteinden van ALLE flexibele
slangen die direct of indirect tussen het toilet en EEN
WILLEKEURIGE rompdoorvoer zijn aangebracht en die
OP ENIG MOMENT mogelijk onder de waterlijn kunnen
liggen, met twee roestvrij stalen wormwiel slangklemmen
worden bevestigd aan de slangpilaren waarop ze zijn
aangesloten.
Leidingwerk - Algemene instructies voor
alle opties
Dit hebt u ZEKER nodig:
• Versterkte, buigzame spiraalslangen met gladde
doorlaat voor het leidingwerk van de inlaat van 19 mm
(¾") en de uitlaat van 38 mm (1½") .
• Twee
roestvrij
wormaandrijving voor elke slangpilaarverbinding.
• Bevestig de slangleidingen zodat de slangen niet
kunnen bewegen of schuren en geen pressie
uitoefenen op de slangpilaarfittings waarop ze zijn
aangesloten. Daardoor kunnen de aangrenzende
naden beginnen lekken.
• Vermijd scherpe bochten in de slangen. Dit kan
immers knikken veroorzaken.
• Houd alle buizen zo recht en zo kort mogelijk om
stijgen en dalen over hindernissen te vermijden,
waardoor luchtsluizen kunnen ontstaan.
• Als de slang niet goed op de slangpilaar van het toilet
of de buitenboordkranen past, moet u de slang
'smeren' met water of zacht maken door het uiteinde
in heet water te dompelen.
VOORZICHTIG:
Breng geen vlam aan op de slang.
Breng geen vlam of warmte aan op de
plastic slangpilaren op het toilet, de
spoelpomp of de magneetklep. Gebruik
geen olie, smeervet of synthetische
smeermiddelen. Breng geen vulmassa
aan op slangkoppelingen. Haal de
slangklemmen niet te hard aan. Dit
alles kan de plastic delen immers doen
barsten of breken.
• Bevestig de uiteinden van alle slangen aan de
slangpilaren met twee roestvrij stalen slangklemmen
met wormaandrijving. Zorg dat alle inlaatkoppelingen
luchtdicht zijn en alle uitlaatkoppelingen waterdicht zijn.
4
stalen
slangklemmen
met

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave