1. Veiligheidssymbool
Er worden in deze handleiding twee woorden gebruikt
om uw aandacht op bijzondere informatie te vestigen.
Belangrijk attendeert u op bijzondere technische
informatie en Opmerking duidt algemene informatie
aan die bijzondere aandacht verdient.
Voor modellen waarvan het aantal PK is aangegeven,
is het bruto aantal PK door de motorfabrikant in
laboratoriumomstandigheden gemeten volgens
SAE J1349. Omdat hij geconfigureerd is om te
voldoen aan veiligheids-, emissie- en bedieningseisen,
is de daadwerkelijke PK van de motor van deze
klasse machines aanzienlijk lager.
Inhoud
Inleiding .................................................................... 1
Veiligheid .................................................................. 2
Kinderen ............................................................. 3
Onderhoud ......................................................... 3
Geluidsdruk ........................................................ 5
Geluidsniveau..................................................... 5
Trilling................................................................. 5
Montage .................................................................... 7
Specificaties ...................................................... 9
Onderhoud .............................................................. 14
zaamheden ................................................... 14
Stalling .................................................................... 17
g000502
Veiligheid
Deze maaimachine kan handen en voeten
amputeren en objecten uitwerpen. Als u de hierna
beschreven veiligheidsinstructies niet opvolgt,
kan dat ernstig letsel of de dood tot gevolg
hebben.
Het volgende veiligheidshoofdstuk is gebaseerd op
ANSI B71.4-2012 en EN 14910.
Algemene gebruiksaanwij-
zing
•
Lees de Gebruikershandleiding en ander
instructiemateriaal. Als de bestuurder(s) of
de monteur(s) de taal waarin de handleiding
is geschreven, niet machtig is (zijn), moet de
eigenaar ervoor zorgen dat deze de inhoud van
het materiaal begrijpt.
•
Zorg ervoor dat u vertrouwd raakt met de
bedieningsorganen en de veiligheidssymbolen, en
weet hoe u de machine veilig kunt gebruiken.
•
Alle bestuurders en monteurs moeten
instructies hebben ontvangen. De eigenaar
is verantwoordelijk voor de instructie van de
gebruikers.
•
Laat kinderen of personen die geen instructie
hebben ontvangen, de machine nooit gebruiken of
onderhoudswerkzaamheden daaraan verrichten.
Plaatselijke voorschriften kunnen nadere eisen
stellen aan de leeftijd van degene die met de
machine werkt.
•
De eigenaar/gebruiker is verantwoordelijk voor
ongelukken en letsels van hemzelf/haarzelf of van
anderen, en schade aan eigendom, en kan deze
letsels of ongelukken voorkomen.
•
Houd handen en voeten uit de buurt van de
machine.
•
Inspecteer het terrein om vast te stellen welke
accessoires en werktuigen nodig zijn om het
gras veilig en goed te maaien. Gebruik alleen
door de fabrikant goedgekeurde accessoires en
werktuigen.
•
Verwijder voorwerpen die door de maaidraad
kunnen worden weggeworpen, zoals stenen,
speelgoed, etc., uit het maaigebied. Blijf achter de
handgreep als de motor draait.
2