Afstandsbediening
Inzetten van de batterijen
Opent U het batterijvakdeksel aan de onderkant van de afstandsbediening en zet U de
beide batterijen 1,5 V (type: AAA, LR03) erin. Let U daarbij op de juiste poling.
AANWIJZING:
Wanneer afzonderlijke afstandsbedieningsbevelen niet meer of niet juist worden uitgevoerd,
moeten de batterijen worden uitgewisseld. Batterijen mogen niet aan overmatige warmte
worden blootgezet. Droge batterijen mogen niet worden geladen.
Seite 8 von 37