Inhoudsopgave
Advertenties
4 – Onderhoud en diagnose
Diagnosetests
Diagnosetests
Tests van machine-interface
U kunt diagnosetests uitvoeren met de volgende aansluitingen (in set 228511) en Phoenix-software om de
interfacepoorten op de EDGE Pro HyPath CNC te testen:
•
LAN en Hypernet (228503)
•
Seriële interface (228504)
•
USB (228505)
•
I/O (228497 – groen, 228498 – rood)
•
Assen (228499)
•
THC (228536)
Een interfacetest beginnen:
1. Kies in het hoofdscherm Instellingen > Diagnose > Machine-interface.
2. Voer het wachtwoord van de machine in.
3. Kies op het scherm Machine-interface de stekker die u wilt testen op de afbeelding van de CNC.
4. Volg de instructies in de onderstaande onderwerpen en op de afzonderlijke testschermen.
Tests van LAN en Hypernet
De tests van LAN en Hypernet gebruiken allebei dezelfde tester, zoals weergegeven in Figuur 30.
Figuur 30 Tester van LAN en Hypernet
Voer deze test uit als:
•
De CNC niet communiceert met het ArcGlide- of plasmasysteem.
•
De CNC communiceert niet met het Local Area Network.
Een LAN- of Hypernet-poort testen:
1. Kies op het scherm Machine-interface de LAN- of Hypernet-poort.
2. Volg de instructies op het scherm om de tester aan te sluiten.
3. Selecteer Test op het testscherm van Hypernet of LAN. Er wordt een bericht weergegeven dat u laat weten of de test
voltooid is.
4. Als één van de testen mislukt, voert u de test uit op het moederbord. Als de test opnieuw mislukt, vervangt u de
interne kabel (223010, 223011 of beide).
5. Herhaal de test. Als de test opnieuw mislukt, vervangt u het moederbord (141110).
82
EDGE Pro HyPath CNC Gebruikershandleiding 807625
Advertenties
Inhoudsopgave
