Schermgegevens en pictogrammen
S g Beeldstabilisator
S h Tele-macro
S j Resterende opnametijd
* Op de geheugenkaart; & In het interne geheugen
(
Relay-opname
- Als er geen vrije ruimte meer aanwezig is in het geheugen, dan wordt
[& Einde] (interne geheugen) of [* Einde] (geheugenkaart )
weergegeven in rood en wordt het opnemen stopgezet.
S k Beeldsnelheid
S l Beeldeffecten: Stel de helderheid, de scherpte, de kleur en het contrast van
uw opnamen precies in.
D q Microfoondemper: Gebruik de demper om audiovervormingen te
voorkomen als het geluid te hard is.
D a Selectie audioscène
D s Hoofdtelefoonuitgang
D d Aangepaste bedieningsknop
D f Horizontaal/verticaalmarkering: Geef op het schermmarkeringen weer om
uw beeldcompositie te controleren en zorg ervoor dat horizontale of
verticale lijnen er in uw opnamen niet kronkelig uitzien.
D g Sensor voor afstandsbediening uitgeschakeld
D h Fader
(;
D j Automatisch windscherm: De windschermfunctie haalt de achtergrondruis
van de wind weg als u buiten opnamen maakt. Mogelijk wilt u het
windscherm uitschakelen bij het maken van binnenopnamen in een stille
omgeving.
D k Richtingsstand van de optionele surroundmicrofoon SM-V1
D l Conversielens (teleconverter afgebeeld)
F q Geavanceerde mini accessoireschoen
F a Ingang externe audio
F s Bedieningsknop [FILTER 1] - Cinematografische filters: Gebruik
cinematografische filters om unieke films met een eigen uitstraling te
maken.
(;
F d In de opnamepauzestand: Totaal aantal scènes
F f Pre-opname: Om ervoor te zorgen dat u de belangrijke momenten niet mist,
begint de camcorder op te nemen 3 seconden voordat u op Y
drukt.
(;
10
(;
97)
(;
108)
(;
(;
93)
(;
(;
(;
102)
(;
115)
(;
69)
98)
39)
111)
(;
113)
119)
(;
193)
(;
(;
125)
186)
(;
(;
193)
(;
186)
121)
186)
122)