Storing
Rolluikpantser wordt scheef of helemaal
niet opgetrokken.
Buismotor loopt door bovenste eindposi-
tie heen.
Buismotor loopt door onderste eindposi-
tie heen. U hoort ongewone geluiden.
Buismotor loopt door de eindpositie resp.
bereikt de ingestelde eindpositie niet.
Buismotor stopt blindelings, verder lopen
in dezelfde richting niet mogelijk.
Buismotor loopt niet in de opgegeven
richting.
Bij het omhooglopen bereikt de buismo-
tor niet de geprogrammeerde eindpositie.
Wat doen, wanneer...?
Oorzaak
1. Een of alle ophangingen zijn afgebro-
ken.
2. Lamel is afgebroken.
Aanslagen zijn afgebroken.
Een of meerdere ophangingen zijn gebro-
ken.
Elektrische aansluiting door vocht kortge-
sloten.
In de aansluitkabels van de buismotor zijn
externe verbruikers geschakeld.
L1- en N-aansluiting verwisseld bij grote
leidinglengte.
Buismotor is overbelast.
Rolluikpantser klemt, wrijving is te hoog.
De buismotor heeft een toename van de
belasting herkend.
Buismotor is oververhit.
Buismotor is bij de laatste keer lopen in
dezelfde richting wegens een hindernis
uitgeschakeld.
Elektrische aansluiting foutief.
Vastvriesbeveiliging boven geactiveerd.
Het rolluik loopt slechts om de 32 keer te-
gen de bovenste aanslag.
Verhelpen
Installatie repareren; daarna eindposities
opnieuw programmeren.
Installatie repareren; eindposities wissen
en daarna eindposities opnieuw program-
meren.
Installatie repareren; eindposities wissen
en daarna eindposities opnieuw program-
meren.
Elektrische installatie repareren, eindpo-
sities opnieuw programmeren.
Elektrische installatie controleren, exter-
ne verbruikers verwijderen, eindposities
opnieuw programmeren.
L1 en N wisselen (N = bl, L1 = zw/br),
eindposities opnieuw programmeren.
Krachtigere buismotor gebruiken.
Installatie repareren; eindposities wissen
en daarna eindposities opnieuw program-
meren.
Zorg ervoor dat niets tegen de buismotor
schuurt zoals bijv. ophangingen van rol-
luikpantser/zonwering, schroeven.
Na enkele minuten is de buismotor weer
gereed voor gebruik.
Hindernis vrijmaken, verwijderen en in de
gewenste richting inschakelen.
Elektrische aansluiting controleren.
Deactiveer de vastvriesbeveiliging boven.
15