8) Ga in het midden van de stuurhendel achter de machine staan en neem de stuurhendel stevige in de hand. Verhoog
het motortoerental geleidelijk door de gashendel te openen.
W
:
N
AARSCHUWING
EEM DE TROFFELMACHINE NIET IN GEBRUIK VOORDAT HET STATIONAIRE TOERENTAL OP HET JUISTE NIVEAU IS AFGESTELD
9) Het besturen van de troffelmachine wordt gedaan door met de hand een lichte druk op de stuurhendel van de
machine uit te oefenen.
a. Wanneer u de linkerkant van de stuurhendel met uw linkerhand naar beneden drukt, zal de machine
zich naar links bewegen.
b. Wanneer u de linkerkant van de stuurhendel met uw linkerhand naar boven heft, zal de machine zich
naar rechts bewegen.
W
:
V
AARSCHUWING
10) Na het beëindigen van de werkzaamheden, de benzinemotor in de stationaire stand nog 1 à 2 minuten laten draaien
om hem langzaam af te koelen.
6. Onderhoud
Regelmatig onderhoud bevordert een lange en storingsvrije werking van de LTM troffelmachines.
6.1. Onderhoud algemeen
L
:
L
ET OP
AAT DE BETONRESTEN OP DE MACHINE NIET UITHARDEN
.
G
VERWIJDEREN
EBRUIK EEN BORSTEL OF BEZEM OM VUIL EN BETONRESTEN TE VERWIJDEREN
–
TROFFELARMEN EN
.
DEZE ONDERDELEN
W
:
G
AARSCHUWING
TROFFELMACHINES
6.2 Reinigen en onderhoud van de troffelmachine met benzinemotor
Dagelijks onderhoud.
1) Voor een goede koeling van de benzinemotor moeten de ventilatieopeningen vrij te zijn van vet en vuil. Controleer
dit aan het einde van elke werkdag.
2) Reinig de ventilatieopeningen zonodig met een borstel of vochtige doek.
3) Voor een goede werking van het regelmechanisme van de carburateur moet u altijd na gebruik toezien op eventuele
vervuiling door bv. betonresten. Reinig het mechanisme zonodig met een borstel of vochtige doek.
4) Controleer het oliepeil van de benzinemotor. Vul zonodig olie bij tot aan het bovenste merkstreepje van de peilstok.
5) Controleer het oliepeil van de vertragingskast door het uitdraaien van de controlestop, aan de zijkant van de
vertragingskast. Het niveau moet gelijk staan met het controlegat van de stop. Vul zonodig bij met ISO 680
vertragingskast olie.
6) Reinig het schuimrubber filter in het luchtfilter.
7) Controleer het bladhoek verstelmechanisme op een goede werking.
8) Controleer de veiligheidsschakelaar op een goede werking.
8/11
ERPLAATS DE MACHINE NIET ALS DE MOTOR DRAAIT
BLADEN MET BEKISTINGOLIE INSMEREN
EBRUIK NOOIT EEN HOGEDRUKREINIGER OF WATERSTRAAL ONDER HOGE DRUK VOOR HET REINIGEN VAN DE
.
T
IL DE MACHINE NOOIT OP AAN DE BESCHERMRING
.
N
,
A GEBRUIK
.
D
IT VOORKOMT ROESTVORMING EN VERGEMAKKELIJKT HET REINIGEN VAN
Gebruikershandleiding LTM, revisie 4: 6-06-13
VUIL EN BETONRESTEN ONMIDDELLIJK VAN DE MACHINE
.
N
A REINIGING VAN DE MACHINE
.
,
DE
LTM