Instellingen
Introductie
Apparaatinstellingen aanpassen. U kunt uw apparaat personaliseren door de verschillende
instelopties te configureren.
Open de app Instellingen.
Tik op
om naar instellingen te zoeken met zoektermen.
Verbindingen
Opties
Instellingen wijzigen voor verschillende verbindingen, bijvoorbeeld de Wi-Fi-functie en Bluetooth.
Tik op het scherm Instellingen op Verbindingen.
• W i-Fi: schakel de Wi-Fi-functie in om verbinding te maken met een Wi-Fi-netwerk en toegang te
krijgen tot internet of andere netwerkapparaten. Raadpleeg
• B luetooth: gebruik Bluetooth om gegevens of mediabestanden uit te wisselen met andere
apparaten waarop Bluetooth is ingeschakeld. Raadpleeg
• N FC en betaling: u kunt met uw apparaat productinformatie in NFC-tags (near field
communication) lezen. U kunt deze functie ook gebruiken voor betalingen en om bijvoorbeeld
treinkaartjes of tickets voor evenementen te kopen. U moet dan wel eerst de daarvoor vereiste
apps downloaden. Raadpleeg
• V liegtuigstand: schakel de Vliegtuigstand in om alle draadloze functies uit te schakelen. U kunt
alleen diensten gebruiken waarvoor geen netwerk vereist is.
Houd u aan de regelgeving verstrekt door de luchtvaartmaatschappij en de instructies
van het personeel in het vliegtuig. Als u het apparaat mag gebruiken, moet u het altijd
gebruiken in de vliegtuigstand.
NFC en betaling
voor meer informatie.
89
Wi-Fi
voor meer informatie.
Bluetooth
voor meer informatie.