3. Bedradingsschema's
Bedrading van twee detectoren op twee zones:
Naar detector 1
DET 1
N/O
Zone 1 -
Zone 1 +
Ext Reset
Voeding +
Voeding -
Zone 2 +
Zone 2 -
• Opmerking 1: Deze component is de brandweerstand. De waarde ervan wordt gespecificeerd
door de fabrikant van het brandcontrolepaneel. Voor Amerikaanse installaties is het
gewoonlijk een kortsluiting
• Gebruik ALTIJD een afzonderlijke 2-aderige kabel voor elke detectorkop
• LET OP: Sluit voor systeemcontrole geen geluste draden onder draadklemmen aan.
Verbreek het draadcircuit om de aansluitingen te controleren
• Componenten niet geleverd:
• Einde van leiding ('EOL') component - geleverd door de fabrikant van het
brandcontrolepaneel
• Brandweerstand
• Controleer na installatie de werking van de brand- en storingsaansluiting op de
brandmeldcentrale
• Pas gedurende ten minste 2 seconden een spanning toe van 5 V tot 40 V op het contact 'Exit
Reset' om een vergrendelde brandstatus op te heffen
Naar detector 2
DET 2
Brand
Con A
1
2
3
COM
N/C
N/O
zie
opmerking 1
EOL
EOL
zie
opmerking 1
N/O
COM
N/C
1
2
3
Con C
Brand
Storing
Con B
1
2
3
COM
N/C
4
N/O
COM
N/C
1
2
3
Con D
Storing
14 V - 36 V DC
Ext
Reset