4. Gebruik een stukje ijzerdraad om eventuele
verstoppingen uit het sproeistuk te
verwijderen.
5. Plaats het filterrooster terug en zet het
sproeistuk weer in elkaar. Druk de sproeikop
terug op zijn plaats en draai deze een
kwartslag rechtsom. De sproeikop zit nu
vast.
6. Zet de machine aan. Druk de schakelaar
voor de vacuümventilator in.
7. Zet de schakelaar voor de natte
stofbestrijding in de stand AAN.
8. Terwijl het sproeistuk water sproeit kunt u
met een standaard schroevendraaier de
sproeikop draaien en het sproeipatroon
bijstellen.
9. Het sproeistuk van de vuilfilterbus is goed
ingesteld wanneer het water sproeit boven
de opening van de zuigslang.
WATERTANK
De watertank voor het stofbestrijdingssysteem kan
maximaal 30 liter water bevatten.
Wanneer u de machine voor langere tijd wilt
stallen, dient u het water uit de tank te tappen.
Controleer telkens na tweehonderd bedrijfsuren de
waterleidingen en klemmen op beschadigingen,
spanning en slijtage.
WATERTANK AFTAPPEN
1. Stop de machine, schakel de parkeerrem in
en zet de motor uit.
LET OP: Voordat u de machine verlaat of
er onderhoud aan pleegt: parkeer de
machine op een vlakke ondergrond,
schakel de parkeerrem in, zet de motor
uit en neem het sleuteltje uit het contact.
ATLVt 4300 330525 (6- -04)
Home
Find... Go To..
ONDERHOUD
85