8.
Speciale functies
De radiografische thermostaat "FS20STR" beschikt over meerdere speciale functies.
Om het menu met de speciale functies op te roepen, drukt u op de toets " PROG "
tot " Sond " (voor speciale functie) op het LC-display verschijnt (toets " PROG " on-
geveer twee seconden indrukken)
Laat dan de toets " PROG " weer los.
Het oproepen van het menu is alleen mogelijk als de radiografische thermostaat
zich in de normale bedrijfsmodus bevindt (links in het display wordt de tijd en da-
tum aangeduid, rechts in het display de temperatuur).
De volgende speciale functies zijn beschikbaar:
HYSt
Instellen van de hysterese
dAt
Instelling van datum en tijd
CodE
Veranderen van de veiligheidscode voor de radiografische transmissie resp.
voor het coderen van nieuwe ventielaandrijvingen
COOL
Overschakelen van de modi "Verwarmen" en "Koelen".
StAt
Status opvragen van de regelaar
Het kiezen van de specialer functies gebeurt via het instelwiel.
a)
Instellen van de hysterese ("HYSt")
Een hysterese wordt benodigd om te voorkomen dat kleine temperatuurschommelingen
steeds in- en uitschakelen.
De inschakeltemperatuur ligt daarbij onder de gewenste waarde, de uitschakeltemperatuur
boven deze waarde. Het verschil tussen in- en uitschakeltemperatuur is de zogenoemde
"Hysterese".
Om het regelgedrag aan de omgevingscondities aan te passen kan de hysterese ingesteld
worden.
Bij een hogere hysterese wordt minder vaak geschakeld, echter is de temperatuur-
afwijking dan vergroot (schommelingen rond de gewenste waarde).
Een lagere hysterese vermindert de temperatuurafwijkingen, echter wordt dan vaker
geschakeld.
De hysterese kan als volgt verandert worden:
• •
Druk zo lang op de toets " PROG " tot " Sond " in het display verschijnt.
• •
Kies met het instelwiel de speciale functie "HYSt" en bevestig uw keuze door kort op de
" PROG "-toets te drukken.
22