2. Houd A ingedrukt om tussen zomertijd (DST indicator getoond) en
standaardtijd (DST indicator niet getoond) te wisselen.
• Let er op dat u niet tussen standaardtijd en zomertijd kunt wisselen als
GMT als stadscode geselecteerd is.
• De DST indicator verschijnt als een stadscode getoond wordt waarvoor
zomertijd is ingeschakeld.
• Let er op dat de instelling van de zomertijd/standaardtijd alleen de huidig
getoonde stadscode betreft. Andere stadscodes worden niet veranderd.
De huidige tijd in de wereldtijdfunctie instellen
1. In de wereldtijdfunctie, gebruik E en B om de
stadscode te selecteren waarvoor u de tijd wilt
instellen.
2. Nadat u een stadscode geselecteerd heeft, houd A ingedrukt totdat de
uurcijfers van de wereldtijd beginnen te knipperen, wat aangeeft dat het
instelscherm geselecteerd is.
3. Gebruik D om het knipperen tussen de uur- en minuteninstelling te
wisselen.
4. Als de instelling die u wilt wijzigen knippert, gebruik E (+) en B (-) om
deze te wijzigen.
• Als u de wereldtijd instelt met gebruikmaking van 12-uur
tijdweergave, let er dan op dat u de tijd correct als ochtendtijd (geen
indicator) of middag/avondtijd (P indicator) instelt.
5. Druk op A om het instelscherm te verlaten.
• Let erop dat u geen instellingen voor afzonderlijke stadscodes kunt
maken. Zomertijd zet de tijd een uur vooruit ten opzichte van
standaardtijd voor alle steden in de wereldtijdfunctie. Onthoud dat niet
alle landen of zelfs locale gebieden gebruik maken van zomertijd.
TIMER
De timer kan worden ingesteld binnen een bereik van 1
tot en met 60 minuten. De op dat moment geselecteerde
alarmbediening (signaal of trilling) wordt uitgevoerd als
het einde van de aftelling bereikt wordt. De timer heeft
twee functies: automatische herhaling en verstreken tijd.
Een voortgangssignaal (signaal of trilling) geeft de
voortgang van de aftelling aan. Derhalve is de timer
bijvoorbeeld waardevol om een bootrace te meten.
• U kunt een signaal- of trilalarm voor het alarm instellen. De
beschrijvingen in deze sectie zijn gebaseerd op een signaalalarm, tenzij
anders aangegeven.
• Alle bedieningen in deze sectie worden uitgevoerd in de timerfunctie, die
u selecteert door op D te drukken.
Instellen van de timer
De volgende instellingen dient u te maken voordat u de timer begint te
gebruiken.
Timer starttijd en tweede starttijd
Timerfunctie (automatische herhaling, verstreken tijd)
• Zie "De timer instellen" voor informatie over het instellen van de timer.
Tweede starttijd
U kunt een "tweede starttijd" instellen die u kunt oproepen door op elk
willekeurig moment tijdens een aftelling op een specifieke knop te drukken.
Timerfunctie
De timer biedt twee mogelijke functies: automatische herhaling en
verstreken tijd.
Automatische herhaling
Automatische herhaling herstart automatisch de aftelling vanaf de
ingestelde timer-starttijd als 0 bereikt wordt.
• De automatische herhaalfunctie is ideaal voor het meten van de start van
diverse wedstrijdtijden.
• Zelfs als u de aftelling vanaf de tweede starttijd start, begint de timer
automatisch opnieuw vanaf de timer-starttijd als 0 bereikt is.
• Automatische herhaling herhaalt maximaal zeven keer.
Verstreken tijd
Als het einde van de aftelling bereikt is in de verstreken tijdfunctie, schakelt
de timer automatisch naar een verstreken tijdmeting.
• De verstreken tijdfunctie is ideaal voor het meten van de snelheid van
jachten tijdens oceaanraces.
• De verstreken tijdmeting wordt uitgevoerd in stappen van 1 seconde tot
en met 99 uur, 59 minuten en 59 seconden.
Aftelling-alarmbedieningen
Het horloge voert op diverse momenten gedurende een aftelling
verschillende alarmbedieningen uit zodat u op de hoogte blijft van de
voortgang van de aftelling zonder dat u op het display hoeft te kijken. Het
volgende beschrijft de verschillende soorten alarmbedieningen.
Einde-aftelling-alarm
De volgende aftelling-alarmbedieningen worden door het horloge
uitgevoerd gedurende de laatste 10 seconden van de aftelling en als 0
bereikt wordt.
• Behalve in de stopwatchfunctie zijn alle knoppen buiten gebruik als een
einde-aftelling-alarmbediening wordt uitgevoerd.
Voortgangsalarm
Er zijn twee soorten voortgangsalarmen: een tweede-starttijd-alarm en een
tweede-starttijd-periode-voortgangsalarm.
Tweede-starttijd-alarm
Het tweede-starttijd-alarm is gelijk aan de alarmbedieningen die gedurende
de laatste 10 seconden van de aftelling worden uitgevoerd. De
alarmbediening wordt uitgevoerd gedurende de laatste 10 seconden voordat
de aftelling de tweede starttijd bereikt.
• Behalve in de stopwatchfunctie zijn alle knoppen buiten gebruik als een
tweede-starttijd-alarmbediening wordt uitgevoerd.
Tweede-starttijd-periode-voortgangsalarm
De tweede-starttijd-periode is het tijdvak van de aftelling tussen de tweede
starttijd en 0. Gedurende de tweede-starttijd-periode voert het horloge elke
hele minuut en 30 seconden voor het einde van de aftelling een
alarmbediening uit. Elke tweede-starttijd-periode-
voortgangsalarmbediening bestaat uit vier korte signalen of twee trillingen,
afhankelijk van het ingestelde alarmtype.
Timervoorbeelden
Timer-starttijd: 10 minuten; Tweede starttijd: 5 minuten; Timerfunctie:
automatische herhaling
Timer-starttijd: 10 minuten; Tweede starttijd: 5 minuten; Timerfunctie:
verstreken tijd
De timer instellen
1. Als de starttijd in de timerfunctie op het
display getoond wordt, houd A ingedrukt
totdat de instelling van de starttijd begint te
knipperen, wat aangeeft dat het instelscherm
geselecteerd is.
• Als de starttijd niet getoond wordt, gebruik de procedure bij "De timer
gebruiken" om deze te tonen.
2. Druk op D om de het knipperen op de hieronder getoonde wijze te
verplaatsen om andere instellingen te selecteren.
3. Als de gewenste instelling knippert, gebruik E en B om deze als
hieronder beschreven te wijzigen.
2941-3