Zijuitwerpkanaal monteren
Breng de afsluiter omhoog en plaats het zijuitwerpkanaal
(Figuur
25).
Figuur 25
Het zijuitwerpkanaal verwijderen
Om het zijuitwerpkanaal te verwijderen, brengt u de afsluiter
omhoog, verwijdert u het zijuitwerpkanaal en brengt u de
afsluiter weer omlaag.
Tips voor bediening en gebruik
Algemene maaitips
•
Controleer het werkgebied en verwijder alle voorwerpen
die de machine zou kunnen uitwerpen.
•
Zorg ervoor dat het mes geen vaste voorwerpen raakt.
Maai nooit met opzet over voorwerpen.
•
Als de maaimachine toch een voorwerp raakt en
begint te trillen, moet u meteen de motor afzetten,
de bougiekabel losmaken en de maaimachine op
beschadiging controleren.
•
De beste resultaten krijgt u door een nieuw mes te
monteren voordat het maaiseizoen begint.
•
Vervang indien nodig het maaimes door een Toro mes.
Gras maaien
•
U moet telkens niet meer dan ongeveer één derde van
de grassprieten afmaaien. Maai niet met een stand lager
dan 54 mm tenzij de grasmat dun is, of als het laat in het
najaar is wanneer het gras langzamer begint te groeien.
Zie
De maaihoogte instellen (bladz.
•
Als u gras wilt maaien dat langer dan 15 cm is, moet
u maaien op de maximale maaihoogte en met een
langzamere loopsnelheid. Vervolgens gaat u maaien op
een lagere maaihoogte om het gazon een zo fraai mogelijk
uiterlijk te geven. Als het gras te hoog is, kan de machine
verstopt raken en de motor afslaan.
•
Nat gras en natte bladeren gaan aankoeken, waardoor de
maaimachine verstopt kan raken of de motor kan afslaan.
Gebruik de machine niet in vochtige omstandigheden.
•
Wees bedacht op het risico van brand in zeer
droge omstandigheden; neem alle plaatselijke
brandwaarschuwingen in acht en houd de machine vrij
van droog gras en bladafval.
•
Maai steeds in wisselende richtingen. Hierdoor wordt het
maaisel beter over het gazon verstrooid, zodat het gazon
gelijkmatig wordt bemest.
•
Als u met het uiterlijk van het voltooide gazon niet
tevreden bent, probeer dan een of meer van de volgende
stappen:
– Vervang het maaimes of laat het slijpen.
g033496
– Loop langzamer tijdens het maaien.
– Stel de maaimachine in op een hogere maaihoogte.
– Maai het gras vaker.
– Laat de maaibanen overlappen in plaats van steeds
een volledig nieuwe baan te maaien.
Bladeren fijnmaken
•
Na het maaien moet altijd 50% van het gazon zichtbaar
blijven door de bladerlaag. Dit kan een of meerdere
rondgangen over de bladeren vereisen.
•
Als er een laag bladeren van meer dan 13 cm op het gazon
ligt, moet u de voorwielen één of twee uitsparingen hoger
zetten dan de achterwielen.
•
Als de maaimachine de bladeren niet fijn genoeg maakt, is
het beter om wat langzamer te maaien.
14
10).