De camera gebruiken
Aan de achterzijde van de smartphone is een 5 megapixel digitale camera
geplaatst. In dit hoofdstuk vindt u alle informatie over het maken van foto's en
video's met de smartphone.
Opmerking: In de microSD-sleuf moet een microSD-kaart worden geplaatst om de
camera te kunnen gebruiken.
Activeer de camera door het tabblad Toepassingen te openen en tik op Camera.
Indicatoren en pictogrammen van de camera
In het cameravenster kunt u op de drie
pictogrammen links tikken om deze uit te
vouwen. Hiermee kunt u schakelen tussen
de camera of de camcorder. Gebruik de
schuifknop onderin beeld om in of uit te
zoomen.
Pictogram Beschrijving
Activeert de camera.
Activeert de videorecorder.
Camera-instellingen
Tik op
om de instellingen te wijzigen terwijl de camera actief is. De menu-opties
zijn:
Pictogram Beschrijving
Extra instellingen voor de camera weergeven.
Stel de witbalans in.
Flitser inschakelen, uitschakelen, of automatisch.
De belichting instellen.
De scènestand selecteren.
30