Reiniging en onderhoud
Let op! Werkzaamheden aan de kachel mogen alleen worden uitgevoerd wanneer deze koud is .
Van buiten schoonmaken
Hiervoor gebruikt u al naar behoefte een droge zachte doek of een stoffer . Gebruik geen water,
alcohol of reinigingsmiddel, dit kan de lak beschadigen .
Reiniging van het glas
Omdat het model met een zogenaamde 'ruitspoeling' is uitgerust slaat er maar weinig roet neer
op de ruit . Als er niettemin roetsporen op de ruit zijn kunnen deze met een stuk vochtig keu-
kenpapier waarop zich een beetje as bevindt, worden afgenomen . Daarna wordt nagewreven
met een droog stuk keukenpapier . Wij adviseren u om met verticale bewegingen te reinigen .
Ook moet er op worden gelet dat de luchtspleten in het deurkozijn vrij zijn van as en roet en
de afdichtingen zacht zijn en niet zijn beschadigd . Wanneer daarlangs lucht in de kachel kan
binnenstromen wordt de regeling van de luchttoevoer moeilijker gemaakt wat kan leiden tot
oververhitting en roetneerslag . De afdichtingen moeten in dat geval worden vervangen . Ze zijn
verkrijgbaar bij de leverancier van de kachel .
Leegmaken van de asla
Let op! Ook 24 uur na uitgaan van het vuur kan de as nog gloeiende stukjes kool bevatten .
Het makkelijkst kan de asla worden leeggemaakt wanneer men er een vuilniszak overheen
trekt hem omkeert en vervolgens voorzichtig uit de zak trekt .
Reiniging van de brandruimte
In het belang van een lange levensduur moet de kachel jaarlijks grondig worden geïnspecteerd .
Ten eerste moeten as en roet uit de brandruimte worden verwijderd .
Op tekening C zijn de platen te zien waarmee de brandruimte is bekleed . Neem voorzichtig de
warmte-isolerende vermiculiet-platen stuk voor stuk uit de kachel .
1 . Bovenste vlamkeerplaat
2 . Achterplaat
3 . Linker hoekplaat
4 . Rechter hoekplaat
5 . Linker zijplaat
6 . Rechter zijplaat
Nadat de platen zijn schoongemaakt moeten ze - beginnend met de rechter zijplaat - weer ge-
plaatst worden .
Het sterke poreuze isolatiemateriaal van de brandruimte kan op den duur verslijten en bescha-
digingen oplopen . Wanneer er scheuren in de achterplaat ontstaan, kan dat ertoe leiden dat
de secundaire lucht in de brandruimte niet meer op de juiste wijze wordt verdeeld . Daarom
moet de plaat in dat geval worden vervangen . Echter hebben scheuren in de andere platen
geen invloed op de prestaties van de kachel . Zij moet echter wel worden vervangen wanneer
ze zover zijn versleten dat hun dikte nog maar de helft bedraagt van hun oorspronkelijke dikte .
Automatisch systeem
(tekening D1-D3)
De veer in het automatische systeem moet minstens om het jaar worden gecontroleerd . Til de
15