6.6 Justeren
Omdat de waarde van de valversnelling niet op elke plaats op aarde gelijk is, dient
elke afleeseenheid met aangesloten weegplateau aangepast te worden - conform de
weegregel voortvloeiende uit basisregels van natuurkunde - aan de valversnelling op
de plaats van instelling van de weegschaal (enkel indien de weegschaal niet in de
fabriek op locatie is gejusteerd). Een dergelijk justeerproces dient men uit te voeren
bij eerste ingebruikname, na elke wijziging van locatie als ook bij veranderingen in de
omgevingtemperatuur. Om precieze meetwaarden te bereiken is het aanbevolen om
aanvullend cyclisch de afleeseenheid te justeren ook in de weegmodus.
6.6.1 Justeren
Justeren dient te worden uitgevoerd met aanbevolen kalibratiegewicht.
gewichtswaarde wordt bij configuratie van de weegcel bepaald. (zie hoofdstuk 13.4
13 "Fabriekjusteren")
Handelingen tijdens justeren:
Voor
stabiele
omgevingsomstandigheden
opwarmingstijd nodig van 2 uur.
De afleeseenheid met de toets ON/OFF inschakelen
De toetsen F en PRINT tegelijk drukken
De toets a meermals drukken totdat het symbool
P6.CAL verschijnt
De toets TARE drukken
De toets a
verschijnt
De toets TARE drukken, de waarde van vereiste
kalibratiegewicht verschijnt
Het vereiste kalibratiegewicht voorzichtig in het midden
van het weegplateau plaatsen en de toets PRINT
drukken.
Op display verschijnt het symbool CAL, justeren wordt
gestart.
12
Bediening:
drukken totdat het symbool 6.2.uCAL
zorgen.
Voor
stabilisatie
KLB-TM-BA-nl-0811
De
is
een
Indicatie:
0.00 g
P1.rEAd
P6.CAL
6.1.St_u
6.2.uCAL
noCAL
Load
1000.00 g
CAL