Micropilot FMR51, FMR52 PROFIBUS PA
10.5
Configuratie van een niveaumeting
1.
Setup → tagbeschrijving
Voer de identificatie voor het meetpunt in.
2.
Setup → Instrumentadres
Voer het busadres van het instrument in (alleen in geval van software-adressering).
3.
Setup → Afstandseenheid
Kies afstandseenheid.
4.
Setup → Tanktype
Kies tanktype .
5.
Setup → Buisdiameter (alleen voor "Tanktype" = "Bypass/buis")
Voer de diameter van de bypass of stilling well in.
6.
Setup → Mediumgroep
Specificeer mediumgroep ("Waterbasis": DC>4 of "Andere": DC>1,9)
7.
Setup → Leeginregeling
Voer de leegafstand E in (afstand van referentiepunt R tot het 0%-niveau)
5)
Indien het meetbereik alleen het bovenste deel van tank of silo omvat (E << tank/silo-hoogte), is het verplicht de
werkelijke tank- of silohoogte in te voeren in de "Setup → Uitgebreide setup → Niveau → Tank-/silohoogte"
parameter. Indien sprake is van een uitloopconus, moet de tank- of silohoogte niet worden aangepast omdat
normaal gesproken E niet << de tank-/silohoogte in deze toepassingen.
Endress+Hauser
R
BD
D
E
F
L
Inbedrijfname (via het bedieningsmenu)
100%
0%
A0016933
5)
.
53