Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Komfovent C5.1 Installatiehandleiding pagina 17

Inhoudsopgave

Advertenties

Code
Foutmelding
CF-wisselaar niet
113B,114B
gekalibreerd
127B
Service mode
Temperatuursensor
1A, 2A
voor toevoerlucht
defect
Temperatuursensor
3A, 4A
voor afvoerlucht
defect
Tempratuursensor
5A, 6A
voor buitenluchttem-
peratuur defect
Temperatuursensor
7A, 8A
afvoerlucht defect
Defecte water tempe-
9A, 10A
ratuursensor
Temperatuur retour-
11A
water te laag
12A
Intern brandalarm
13A
Extern brandalarm
14A
Externe stop
Warmtewisselaar
15A
defect
Warmtewisselaar
16A
bevroren
Toevoerluchttempe-
17A
ratuur te laag
UAB KOMFOVENT behoudt het recht om veranderingen door te voeren zonder dit vooraf kenbaar te maken
C5.1_20-05
Mogelijke oorzaak
Kalibratie CF-wisselaar niet uitge-
voerd of mislukt
Tijdelijke modus, die kan worden
geactiveerd door de service
monteur.
De temperatuursensor voor
toevoerlucht is niet aangesloten
of defect.
De temperatuursensor voor de
afvoerlucht is niet aangesloten of
defect.
De temperatuursensor voor de
buitenlucht is niet aangesloten of
defect.
De temperatuursensor voor
afvoerlucht is niet aangesloten of
defect.
De watertemperatuursensor is niet
aangesloten of defect.
De temperatuur van het retour-
water uit de batterij ligt onder de
minimumwaarde.
Brandgevaar in de unit.
De brandmeldcentrale heeft een
brandmelding aan de unit door-
gegeven.
Een signaal afkomstig van de ex-
terne apparatuur (zoals een scha-
kelaar, timer of sensor) heeft de
unit uitgeschakeld.
Geblokkeerd of stilstaand warmte-
wiel, bypass defect.
Lage buitentemperaturen en een
hoge vochtigheidsgraad kunnen
aanleiding geven tot bevriezing
van een warmtewisselaar.
De verwarmingselementen zijn
defect of de capaciteit is ontoe-
reikend.
Te volgen procedure
Zorg ervoor dat alle deuren geslo-
ten zijn, dat er geen obstructies
in de kanalen zijn en dat de LBK
het luchtstroominstelpunt van de
COMFORT 1-modus kan bereiken.
Herhaal de kalibratie handmatig
(zie 2.5.1.3.).
De service mode wordt uitge-
schakeld door de waarschuwing
simpelweg te verwijderen.
Controleer de verbindingen of,
in geval van defect, vervang de
sensor.
Controleer de verbindingen of,
in geval van defect, vervang de
sensor.
Controleer de verbindingen van
de sensor of, in geval van defect,
vervang de sensor.
Controleer de verbindingen of
vervang de sensor.
Controleer de verbindingen of,
in geval van defect, vervang de
sensor.
Controleer de werking van de
CV-pomp, warmwaterbron en
servomotor van de mengklep.
Controleer het ventilatiesysteem.
Vind de oorzaak van de hoge
temperatuur in de unit.
Na het opheffen van de brandmel-
ding, kunt u de alarmstatus dele-
ten en de unit opnieuw opstarten
met het bedieningstableau.
Zodra de externe apparatuur weer
uitgeschakeld wordt, zal de unit
terug werken volgens zijn vorige
bedrijfsmodus.
Controleer de aandrijving van het
warmtewiel. Vervang indien nodig
de aandrijfriem of controleer de
werking van de bypass servomotor
en registerkleppen bij een platen-
wisselaar.
Controleer de werking van de
aandrijving van het warmtewiel
of die van de bypass registerklep
en servomotor bij een platenwis-
selaar.
Controleer de warmwaterbatte-
rijen of elektrische verwarmings-
batterij.
17

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave