Menu-instellingen
ISO-gevoeligheid
Gebruiken op
heldere plekken
(b.v. buiten)
Gebruiken op
donkere plekken
Sluitertijd
Ruis
• ISO-gevoeligheid wordt automatisch op
de optimale waarde gezet tussen
[ISO800] en [ISO1600] in [HIGH SENS.]
(P52) in de scènefunctie.
• Om opnameruis te voorkomen, raden we
aan de ISO-gevoeligheid af te doen
nemen of [PICT.ADJ.] op [NATURAL] in te
stellen. (P75)
• De ISO-gevoeligheid kan niet ingesteld
worden in de scènefunctie, de
bewegend-beeldfunctie [
eenvoudige functie [
[ASPECT RATIO]
De aspectratio instellen
1
2
SCN
SCN
MENU
Op [
] drukken om het [REC] functie
SET
menu af te beelden en het in te stellen
onderdeel te kiezen. (P67)
Als u de aspectratio wijzigt, kunt u een
hoek (standpunt) kiezen die past bij het
object.
Kiezen om opnamen te maken
met dezelfde aspectratio als een
4:3 TV of een computermonitor.
70
VQT0V48
80
800
Niet
Geschikt
geschikt
Niet
Geschikt
geschikt
Langzaam
Snel
Minder
Verhoogd
] en de
].
Kiezen om opnamen te maken
met dezelfde 3:2 aspect ratio als
een 35 mm film.
Dit is geschikt voor landschappen
etc. waar een breed zicht
wensbaar is. Dit is ook geschikt
voor het terugspelen van beelden
op een breedbeeld TV, hoge
definitie TV etc.
• In de functie voor bewegende beelden
[
] kunt u [
• De uiteinden van de opgenomen
opnamen kunnen afgeknipt worden bij het
afdrukken. (P109)
[PICT.SIZE]/[QUALITY]
Een beeldresolutie en –kwaliteit
kiezen die overeenkomen met uw
eigen gebruik
1
2
SCN
SCN
MENU
Op [
] drukken om het [REC] functie
SET
menu af te beelden en het in te stellen
onderdeel te kiezen. (P67)
Een digitaal beeld is samengesteld uit
ontelbare punten die pixels heten. Ook al
ziet u het verschil op het scherm van het
toestel niet, hoe meer pixels, hoe mooier
het beeld zal wanneer dit afgedrukt wordt
op een groot stuk papier of op een
computermonitor. Beeldresolutie verwijst
naar de compressiewaarde die gebruikt
wordt om digitale opnamen op te slaan.
] kiezen of [
].