2.8 Banden
Let op de conditie van de banden. Bij
gebruik op de openbare weg moeten zij
voldoen aan locale voorschriften voor
slijtage.
Controleer de bandenspanning. Deze
behoort 2.5 bar (35 psi) te zijn.
2.9 Oplooprem
De oplooprem zet de remmen van de
aanhanger in werking als het trekvoertuig
vaart mindert.
Smeer de nippels met universeel smeervet
klasse: Medium (Fig 2-13).
De frequentie van het smeren hangt af van
de mate waarin gesleept wordt. Als de
aanhanger vaak gesleept wordt, en veel
moet remmen, zal hij vaker gesmeerd
moeten worden dan bij zeldzaam gebruik..
Inspecteer de rem elke drie maanden. Als er voldoende vet zichtbaar is, beslis dan om jaarlijks te
smeren
2.10 Aftappen brandstoftank
Bij werkzaamheden aan het brandstofsysteem, geen open vuur en niet roken.
Na verloop van tijd, resulteert condens in de vorming van een laagje water op de bodem van de
brandstoftank, omdat water zwaarder is dan Dieselbrandstof. Verwijder dit water een maal per jaar
op de volgende manier:
1.
Bevestig een polyethyleen slang (diameter ca. 4 mm, lengte ca. 700m) aan een handelsmodel
injectiespuit (20 ml of groter).
2.
Haal de dieselvuldop van de brandstoftank af en laat de slang tot op de bodem zakken.
3.
Zuig het diesel/water mengsel weg met de injectiespuit.
4.
Herhaal deze handeling tot de transparante spuit alleen dieselbrandstof bevat.
2.11 Motor Conditionering
Na elke 1500 draaiuren, moet de motor belast worden met 2.6 kW gedurende twee uur om
zodoende ervoor te zorgen dat de motor ontdaan wordt van eventuele koolstofafzettingen. De 2.6
kW kan ook bereikt worden door een belasting van 2 kW aangesloten op hulpvermogen aansluiting
en 600W door het laten branden van de lampen.
EcoLite Gebruikershandleiding Editie D July 2010
Fig 2-13 Vetsmeernippels oplooprem
Deel 2 Dagelijks onderhoud
23