DX Luchtgordijnen
4
ELEKTRISCH
WAARSCHUWING
1. Gebruik gespecificeerde kabels, sluit alle
draden aan en bevestig ze goed, zodat externe
spanning op de draden de verbindingen van de
aansluitklemmen niet beïnvloeden.
Onvolledige aansluiting of bevestiging kan brand,
etc. veroorzaken.
2. Sluit een aardleiding (aarding) aan.
Onvolledige aarding veroorzaakt elektroshock.
Sluit de aardingsdraden niet aan gasbuizen,
waterbuizen, bliksemafleiders of aardleidingen
voor telefoonkabels aan.
3. Installeer het apparaat in overeenstemming met
de nationale bedradingsvoorschriften.
Capaciteitsgebrek van het stroomcircuit of
onvolledige installatie kan een elektroshock of
brand veroorzaken.
OPGEPAST
• Het binnenapparaat heeft geen aansluitkabel.
• Indien de bedrading incorrect / onvolledig wordt
uitgevoerd, kan hierdoor een elektroshock of brand
worden veroorzaakt.
• Installeer een aardlekschakelaar.
Indien geen aardlekschakelaar geïnstalleerd is,
kan een elektroshock worden veroorzaakt.
• Zorg dat u de kabelontlastingen op het apparaat
gebruikt.
• Pas op, dat u bij het afstropen de geleiderdraad en
de binnenisolatie van stroom- en
verbindingsleidingen niet beschadigt of bekrast.
• Gebruik stroomkabels en verbindingskabels van de
specifieke kabeldoorsnee en het specifieke type en
de vereiste beschermingsapparaten.
VEREISTEN
• Voer de stroomvoorzieningsbedrading strikt
volgens de plaatselijke voorschriften in elk land uit.
• Volg voor de stroomvoorzieningsbedrading van de
buitenapparaten het Installatiehandboek hiervan.
• Sluit nooit 220-240V spanning aan op de
klemmenblok (
. enz.) voor besturingsbedrading
(anders valt het systeem uit).
• Voer de elektrische bedrading zo uit, dat de draden
niet in contact komen met het hete deel van de
buis. De isolering zou kunnen smelten en een
ongeval kunnen veroorzaken.
• Nadat de draden zijn aangesloten op de
klemmenblokken, moet u controleren of ze lang
genoeg zijn,alvorens ze met de kabelontlasting te
bevestigen.
• Leg de koelmiddeltoevoer- en besturingsdraden op
dezelfde leiding.
• Schakel het binnenapparaat niet in voordat de
koelmiddelbuizen volledig zijn ontlucht.
Bedrading afstandsbediening
Voor de afstandsbediening wordt een 2-draads
kabel zonder polariteit gebruikt.
Hoe bedraden?
1. Sluit de draden van de klemmenblok op het
buitenapparaat aan op de aansluitklemmen
met hetzelfde nummer op klemmenblok van
de DX Luchtgordijnen. Gebruik kabels van het
type H07 RH-F of 60245 IEC (1,5mm
meer)
2. Overtollige niet-afgeschermde draden
(geleiders) moeten met elektrisch isoleerband
worden geïsoleerd.
Bevestig ze zo, dat ze geen elektrische delen
of metaal aanraken.
VEREISTEN
• Zorg, dat u de draden aansluit op de
overeenstemmende nummers. Incorrecte
aansluiting kan tot storingen leiden.
• Pas op, dat u de draden niet door de bussen
van de poortaansluiting van de bedrading van
de DX Luchtgordijnen leidt.
• Laat voldoende speling (ongeveer 100mm) op
een draad, om bij onderhoud, enz. de kast
met elektrische delen te kunnen afhangen
• Het laagspanningscircuit is voorzien voor de
afstandsbediening (Sluit in geen geval het
hoogspanningscircuit aan).
• Bedrading
1. Entfernen Sie den e-box Abdeckung auf der
DX Luchtgordijnen.
2. Strop de kabeluiteinden af (10mm)
3. Sluit de draden van de klemmenblok op het
buitenapparaat aan op de aansluitklemmen
met hetzelfde nummer op de klemmenblok
van de LC DX Interface.
4. Sluit de aardkabels aan op de
overeenstemmende aansluitklemmen.
5. Tauschen Sie die E-Box Abdeckung auf der
DX-Luftschleiers.
Aardleiding
6
Installateur
2
of
Verbindingskabel