Afstellen van het ventiel
De slag van de trekker en daarmee overeenkomende
ventielopening zijn in de fabriek afgesteld op 25,4 mm.
Deze instelling is te wijzigen met onderstaande procedure.
WAARSCHUWING
GEVAAR VOOR INJECTIE DOOR
DE HUID
Om het risico van ernstig letsel te vermin-
deren, waaronder letsel door materiaal-
injectie, moet u de Drukontlastingsproce-
dure op blz. 6 uitvoeren, steeds wanneer
u de instructie leest om de druk te ontlasten.
1.
Ontlast de druk in het systeem.
2.
Koppel het pistool af van de slang.
3.
Draai met behulp van een 5/16 inch sleutel de asmoer
(1) en het veerhuis (28) los. Zie Afb. 4 op blz. 11.
4.
Steek een 1/8 inch zeskant-inbussleutel door het gat in
de veerafstelschroef (21) en in het veerhuis (28).
Onderhoud
5.
Verdraai het veerhuis (28) en de asmoer (1) om de
trekkerslag en de grootte van de ventielopening te
wijzigen.
6.
Draai de asmoer (1) vast om de verkregen afstelling te
borgen.
7.
Stel de veerafstelschroef (21) af op de gewenste
trekkracht van de trekker.
Afstellen van de veerspanning
1.
Ontlast de druk in het systeem.
2.
Koppel het pistool af van de slang.
3.
Verdraai de veerafstelschroef (21) om de gewenste
veerkracht te krijgen voor het sluiten van het ventiel. Zie
ook Afb. 4, blz. 11.
WAARSCHUWING
GEVAAR VOOR INJECTIE DOOR
DE HUID
Om het risico van ernstig letsel te vermin-
deren, waaronder letsel door materiaal-
injectie, moet u de Drukontlastingsproce-
dure op blz. 6 uitvoeren, steeds wanneer u
de instructie leest om de druk te ontlasten.
308253
9