20
VOORBEREIDING
Projectieafstand per schermafmeting
1
Plaats de projector op een stevig, horizontaal oppervlak, bij de PC of de audio-/
videobron.
2
Plaats de projector op geschikte afstand van het scherm. De afstand tussen de
projector en het scherm bepaalt de daadwerkelijke grootte van het beeld.
3
Plaats de projector zo dat de lens een rechte hoek maakt met het scherm. Indien
de projector de juiste hoek maakt, wordt het getoonde beeld vervormd. Gebruik de
functie Weergaveverhouding om de vervorming te corrigeren. (zie pagina 28.)
4
Sluit het netsnoer van de projector en het aangesloten apparaat aan op het
stopcontact.
Scherm
X/2
X/2
Projectieafstand (D)
Schermafmeting
(mm)
635
762
889
1016
1143
1270
1397
1524
1651
1778
1905
2032
2159
2286
2413
2540
Verhouding omhoog gerichte projectie: 100 %
Scherm 16:10
Schermbreedte
(Y) (mm)
538
646
754
861
969
1077
1185
1292
1400
1508
1615
1723
1831
1938
2046
2154
Y/2
Scherm
Y/2
Projectieafstand (D)
Schermhoogte
(X) (mm)
337
404
471
539
606
673
741
808
875
943
1010
1077
1145
1212
1279
1347
30 mm
Projectieafstand (D)
(mm)
803
966
1130
1293
1456
1619
1783
1946
2109
2272
2436
2599
2762
2925
3089
3252