Als het audiosignaal ingeschakeld is, klinkt een signaal met een lage
frequentie.
Beweeg de detector omlaag in de richting van de pijl.
Detector in middenpositie: Wanneer de laserstraal door het
ontvangstgebied 6 bij het middelste merkteken 7 loopt, verschijnt de
middenindicator e op het display. Als het audiosignaal is ingeschakeld,
klinkt een continu signaal.
6. Audiosignaal voor indicatie van de laserstraal
De positie van de laserstraal in het ontvangstgebied 6 kan worden
aangeduid via een audiosignaal. Na het schakelen op de detector, wordt
het audiosignaal altijd ingesteld op hoog volume. Het volume kan worden
verlaagd of uitgeschakeld.
Om het volume te wijzigen of het audiosignaal uit te schakelen, drukt u op
audiosignaalknop 5 totdat het gewenste volume op het display wordt
weergegeven. Bij laag volume verschijnt de audiosignaalindicator c op het
display zonder bar
.
Bij hoog volume verschijnt de audiosignaalindicator c op het display met
twee bars
. Wanneer het audiosignaal op Uit is ingesteld, schakelt de
indicator uit. Onafhankelijk van de instelling van het audiosignaal, klinkt
elke keer dat op de detector een knop wordt ingedrukt, klinkt een korte
pieptoon met laag volume.
7. Indicatoren en verlichting op het display op de achterkant
De indicatoren en verlichting op het display aan de achterkant worden
tegelijkertijd aan-/uitgeschakeld wanneer de indicatoren en verlichting op
het display aan de voorkant aan-/uitgeschakeld zijn.
8.Werkingsadvies
Markering
Wanneer de laserstraal door het midden van het ontvangstgebied 6 loopt,
kan de hoogte ervan bij de middenmarkering 7 rechts en links van de
detector worden gemarkeerd.
Zorg er bij het markeren voor dat de detector precies verticaal (voor
horizontale laserstraal) of horizontaal (voor verticale laserstraal) wordt
uitgelijnd door gebruik te maken van de bubbelsensors 8 & 9.
Installatie van de stangklem
De detector kan met de hand of met een optionele klem worden gebruikt
om de detector op een meetstaaf, paal of een vergelijkbaar voorwerp te
installeren.
Om de klem op de detector te installeren (zie figuur):
• Leid de klem naar de detector met behulp van de uitlijningsopening.
• Draai de bevestigingsschroef vast.
12