Installatiehandleiding
1. INTRO
1.1. Symbolen
Elk proces waarvan de leverancier meent dat het kan leiden tot gevaar en/of
materiële schade, wordt gesignaleerd met een gevarendriehoek.
Om het gevaar beter te karakteriseren, wordt het symbool gevolgd door een van de
volgende termen:
•
GEVAAR: wanneer er kans bestaat op letsel voor de gebruiker en/of
mensen in de buurt van het toestel.
•
WAARSCHUWING: wanneer er kans is op materiële schade aan het toestel
en/of de bijhorende materialen.
Alle informatie die volgens de leverancier kan leiden tot een betere prestatie en
bescherming van het toestel, wordt samen met het informatiebord gesignaleerd.
1.2. Informatie voor de installatie
De elektrische installatie van het toestel moet voldoen aan de geldende nationale voorschriften
voor elektrische installaties.
De HPWS warmtepompboilers worden in de fabriek gevuld met koelvloeistof en worden
getest.
De toestellen mogen maar opgestart en gebruikt worden als de opslagtank gevuld is met water.
Verwarmen van andere vloeistoffen dan drinkwater is niet toegestaan.
De minimale waterdruk aan de ingang van het hydraulisch circuit is 0,1 MPa (1 bar); de
maximale werkdruk bedraagt 0,3 MPa (3 bar) – eventueel moet een drukreduceerventiel
geïnstalleerd worden.
Het toestel is uitgerust met een kabel en een stekker voor aansluiting op een 230 V, 50 Hz
stopcontact met aarding. Als de voedingskabel beschadigd is, moet deze worden vervangen
door de fabrikant, door zijn klantenservice of door personeel met een vergelijkbare opleiding
om elk gevaar te voorkomen.
WAARSCHUWING / GEVAAR
Warmtepompboilers HPWS
5