• Bij het gebruik van meerdere ventilatieapparaten, aangestuurd via meerdere regelaars, moet
u erop letten dat de ventilatie apparaten onderling gesynchroniseerd zijn (zie montage- en be-
dieningsinstructies regeling). U dient alle regelaars via een zekering in het meterkast aansluiten.
Als uw apparaat defect is, neem dan contact op met de uw installateur.
Het gebruik in strijd met de voorschriften leidt tot uitsluiting van elke aansprakelijkheid.
Niet volgens de voorschriften
Gebruik dat niet in het hoofdstuk bedoeld gebruik wordt genoemd, wordt geacht niet in
overeenstemming met de voorschriften te zijn.
Installeer/bedien het apparaat niet in gebieden waar zich het volgende voordoet of kan voordoen:
• Sterk olie- of vetrijke omgeving.
• Ontvlambare, agressieve en bijtende gassen, vloeistoffen of dampen.
• Extreme stofbelasting.
• Omgevingstemperaturen buiten -20 – 50 °C.
• Verwijder/vermijd obstakels die de toegang tot of het verwijderen van onderdelen van het
ventilatiesysteem belemmeren.
Gekwalificeerd personeel
Het apparaat/systeem mag alleen in combinatie met deze documentatie en de documentatie voor
de regelings worden ingesteld, gebruikt en gereinigd.
Montage, elektrische aansluiting en eerste ingebruikname van het apparaat/systeem mag
uitsluitend door gekwalificeerd personeel worden uitgevoerd. Gekwalificeerd personeel in de
zin van de veiligheids- en beveiligingsinstructies in deze documentatie moet personen zijn die
bevoegd zijn apparatuur, systemen en circuits te monteren, in gebruik te nemen en te markeren
overeenkomstig de normen van de veiligheidstechniek.
Conformiteit
Het ventilatiesysteem voldoet aan de technische veiligheidseisen en normen voor elektrische appa-
raten voor huishoudelijk gebruik. Het voldoet aan de geldende richtlijnen van de Europese Unie:
• 2014/30/EG: Elektromagnetische compatibiliteit
• 2014/35/EG: Laagspanning
• 2009/125/EG: Eco-design
• 2011/65/EG: RoHS
Ventilatiesysteem iV-Smart+ | Montagehandleiding
GEBRUIKER- EN VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
7
7