Onderhoud
Raadpleeg de volgende tabel voordat u het probleem van het product rapporteert.
Probleem
Als pomp en
compressor niet starten
Als het water niet
circuleert, zelfs
wanneer de pomp in
bedrijf is
Als de temperatuur van
de waterafvoer te hoog
of te laag is
Als de compressor
is gestopt en niet
automatisch herstart
Als de
afstandsbediening niet
werkt
Als het bedrijf niet kan
worden stopgezet met
de afstandsbediening
Als het probleem niet is opgelost nadat u de lijst hebt gecontroleerd, laat gebruikers de reparatie dan niet uitvoeren
maar neem contact op met het verkoop- of servicecentrum.
Meld het model en het probleem samen.
84
Nederlands
Monitor
Oorzaak
Controleer of er een stroomstoring
is.
Controleer of de stroomonderbreker
is gesloten.
Uit
Controleer of de zekering leeg is.
Controleer of er een fasestoring bij
de stroomvoorziening is.
Controleer of er voldoende water
wordt toegevoerd.
Controleer of de draairichting van
Uit
de pomp is omgedraaid.
Controleer of de kleppen van
de waterleiding voldoende zijn
geopend.
Controleer of de regelklep van het
water is geopend
Controleer of de ingestelde
Aan
temperatuur van de
temperatuurregelaar van het water
juist is.
Controleer of de regelklep van het
water is geopend
Controleer of de ingestelde
Uit
temperatuur van de
temperatuurregelaar van het water
juist is.
Controleer of de instelling van
de hoofdunit is ingesteld als
hoofdbesturing.
Uit
Controleer of de functie herstarten
na black-out is ingesteld.
Controleer of de instelling van
Aan
de hoofdunit is ingesteld als
hoofdbesturing.
Oplossing
Probeer het opnieuw wanneer de stroom weer
is ingeschakeld.
Open de stroomonderbreker als de schakelaar
UIT is. Schakel de stroom niet in als de
schakelaar is geactiveerd.
Controleer de voeding na de afsluiting.
Sluit de fase goed aan.
Voer water volgens de norm toe. Het water
zal niet circuleren als de wateropslag van de
pomp en inlaat laag is.
De juiste richting van de pomp is rechtsom
terwijl u kijkt vanaf de motorzijde. Pas de
richting goed aan.
Zorg dat de kleppen voldoende zijn geopend.
Open de regelklep van het water.
Pas de instelling van de temperatuurregelaar
van het water juist aan.
Open de regelklep van het water.
Pas de instelling van de temperatuurregelaar
van het water juist aan.
Wijzig de instelling naar de afstandsbediening
en probeer opnieuw. (Zie pagina 63.)
Selecteer de instelling en probeer opnieuw.
Standaard: Stroomuitvalfunctie gebruiken
— Optie hydroregelaar SEG5
(Gebruik: 4, Onbruik: 0)
Wijzig de instelling naar de afstandsbediening
en probeer opnieuw. (Zie pagina 63.)