Het apparaat maakt een vreemd geluid.
De compressor zorgt er samen met het koelmiddelcircuit voor dat de temperatuur binnenin
de koel/vriescombinatie daalt. De levensmiddelen in het apparaat blijven daardoor langer
vers en behouden hun voedingswaarde. Wanneer de koel/vriescombinatie in werking is, kunt
u bepaalde zachte geluiden horen. Deze geluiden zijn normaal en hebben geen nadelige
invloed op de werking van het apparaat.
Het apparaat staat niet waterpas.
Als het apparaat niet helemaal waterpas staat, kan er meer geluid geproduceerd worden.
Het apparaat kan waterpas gesteld worden door aan het stelvoetje aan de onderkant van
het apparaat te draaien.
„Klepperend" en „borrelend" geluid.
Tijdens het starten en stoppen van de koel/vriescombinatie, kunnen de elektrische
componenten zoals bedieningspaneel, startrelais en oververhittingbeveiliging even een
klepperend of borrelend geluid maken wanneer deze in- of uitschakelen.
„Krakend" geluid
Wanneer het apparaat in werking is, kunnen door de verandering van
temperatuurverschillen krakende geluiden waargenomen worden. Dit wordt veroorzaakt
door het krimpen en/of uitzetten van voedsel en/of het leidingensysteem.
Zacht „zoemend" geluid
Wanneer de compressor in werking treedt, hoort u in het begin een iets luider geluid. Een
koelkast met een hoge effi ciency maakt meer geluid wanneer de compressor op hoog
vermogen werkt. Wanneer u een motor zachtjes hoort lopen, dan is dat het geluid van de
ventilator die voor een regelmatige temperatuur zorgt. Dit geluid is normaal.
Geluid van stromende lucht of vloeistof
De temperatuur binnenin de koelkast daalt doordat er koelmiddel door het
leidingensysteem stroomt. Het koelmiddel kan gasvormig of vloeibaar zijn. Tijdens het
stromen van het koelmiddel kan er een zacht geluid waargenomen worden.
Condensatie/lekkage, vocht/ijsvorming
Er bevindt zich condens op de buitenzijde van het apparaat of op
het middelste frame.
- Dit komt voor wanneer de vochtigheidsgraad hoog is.
- Veeg het vocht met een zachte doek weg.
In de groente- en fruitlade ontstaat condens.
- De deur heeft te lang opengestaan.
- Voedsel met een hoog watergehalte is niet goed afgedekt.
- De koelkast bevat veel voedsel met een hoog watergehalte.
Er stroomt dooiwater in de koelkast.
- De waterafvoer is verstopt of afgesloten.
- Reinig de waterafvoer met een pijpreiniger o.i.d.
18
Downloaded from www.vandenborre.be