Inhoudsopgave
Advertenties
Divisione Elettronica e Sistemi Integrati – San Pietro Mosezzo (NO) - Italië
De kalibratie van de druksensor kan de fout veroorzaakt door de veroudering van de sensor zelf corrigeren en vindt plaats volgens de
volgende procedure:
pas een eerste druk-setpoint toe op de sensor
•
voer in het gegevensveld van de pagina de toegepaste waarde in
•
druk op de toets F1 om de momenteel berekende drukwaarde te associëren met de ingestelde drukwaarde
•
pas een tweede druk-setpoint toe op de sensor
•
voer in het gegevensveld van de pagina de toegepaste waarde in
•
druk op de toets F2 om de momenteel berekende drukwaarde te associëren met de ingestelde drukwaarde
•
druk op de toets F3 (Save) om te bevestigen en de kalibratiegegevens op te slaan en terug te keren naar de pagina erboven
•
Met de toets F4 kunt u terugkeren naar de pagina erboven en de kalibratie stoppen en de bestaande situatie ongewijzigd laten.
De twee drukwaardeparen identificeren een rechte lijn, op basis waarvan de door de ADC berekende drukwaarde kan worden gecorrigeerd.
De volgorde van de toepassing en instelling van de waarden is niet relevant (met het eerste of tweede setpunt kunnen zowel hogere als
lagere waarden worden geassocieerd).
Opmerking.
De kalibratie van de druksensor is geen noodzakelijke activiteit voor de werking en berekening van de drukwaarde, die daarentegen wordt
geactiveerd door het verzenden van het karakteriseringsbestand naar het apparaat. In dit bestand worden de eigenschappen van de sensor
gespecificeerd: serienummer, einde schaal, type (absoluut of relatief), coëfficiënten van de berekeningsformule. Vóór de ontvangst van dit
bestand, resulteert de sensor als niet geconfigureerd en is er geen verwerving van de ADC-waarde, noch berekening van de drukwaarde,
die hoe dan ook zonder de bovengenoemde informatie geen correcte resultaten zou opleveren.
Kalibratie van de verplaatsingssensor
In tegenstelling tot de drukkalibratie, is de kalibratie van de verplaatsingssensor een noodzakelijke activiteit voor het normale gebruik,
zonder welke het niet mogelijk is om het percentage van opening van de sensor, die niet geconfigureerd blijft totdat deze activiteit is
voltooid, te berekenen.
Zolang de kalibratie niet is voltooid, wordt op de pagina's van de Metingen-vertakking, waarop de verplaatsingswaarde wordt vermeld, de
door de ADC gelezen waarde weergegeven (zeer grote numerieke waarde). Dezelfde waarde van de ADC wordt op deze pagina in de hoek
rechtsonder getoond.
De kalibratie van de verplaatsingssensor is mogelijk op de volgende twee wijzen, afhankelijk van de mogelijkheid om het percentage van
opening op 0 te brengen of niet:
Breng, indien mogelijk, de verplaatsing op 0% (volledig gesloten)
•
druk op de toets F1 (laat de waarde ingesteld in het veld Debiet op 0)
•
breng de verplaatsing op de maximale waarde (100%, volledig geopend)
•
druk op de toets F2
•
druk op de toets F3 (Save) om te bevestigen en de kalibratiegegevens op te slaan
•
Wanneer het niet mogelijk is om de verplaatsing op 0% te brengen (volledig gesloten), zet hem dan op een waarde dicht bij 0
•
Meet met een ander instrument in deze situatie het juiste debiet
•
Voer deze waarde in het Debiet-veld in
•
druk toets F1 in: het apparaat zal het percentage van opening dat overeenstemt met de debietwaarde berekenen en gebruiken als
•
laagste punt voor de berekening van de kalibratielijn
breng de verplaatsing op de maximale waarde (100%, volledig geopend)
•
druk op de toets F2
•
De informatie in deze gebruikershandleiding is eigendom van Pietro Fiorentini S.p.A. - Reproductie verboden
Gebruikershandleiding
F1
Figuur 38 Kalibratie Verplaatsing
FIO 2.0 - Gebruikershandleiding – Ed .0 herz. 5
De technische gegevens kunnen zonder kennisgeving vooraf worden gewijzigd
FIO2
F2
F3
F4
NEDERLANDS
Pagina 51 van 74
Advertenties
Inhoudsopgave
