Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Fotograferen Met Een Flitser; Selecteer Het Gewenste Type - Panasonic Lumix DMC-S3 Gebruiksaanwijzing Voor Geavanceerde Kenmerken

Inhoudsopgave

Advertenties

Fotograferen met een flitser

Opnamemodus:
Type, bewerkingen
[Auto]
• Bekijkt automatisch of er moet worden geflitst
1,
2
[Auto/rode-og]
• Bekijkt automatisch of er moet worden geflitst
(met rode-ogenreductie)
[Flitser altijd aan]
• Altijd flitsen
1,
2
[Gdw. aan/rode-og]
• Altijd flitsen (met rode-ogenreductie)
[Lngz. sync./rode-og]
1,
2
• Bekijkt automatisch of er moet worden geflitst (met rode-
ogenreductie en lange sluitertijd voor meer helderheid)
[Gedwongen uit]
• Nooit flitsen
De flitser wordt twee keer geactiveerd. Stop met bewegen voordat de tweede keer wordt
1
geflitst. Het interval tussen de flitsen varieert, afhankelijk van de helderheid van het onderwerp.
Wanneer [Rode-ogencorr] wordt geactiveerd in het opnamemenu, wordt het
2
pictogram
weergegeven, worden rode ogen automatisch gedetecteerd en worden
de fotogegevens gecorrigeerd. (Alleen wanneer [AF mode] is ingesteld op
(gezichtsdetectie).) (alleen de DMC-S3)
De sluitertijden zijn als volgt:
,
,
,
: 1/60 - 1/1600
: 1/8 ∗
,
3
- 1/1600
3
Max. 1/4 sec. wanneer [
wanneer [Stabilisatie] op [OFF] is ingesteld of wanneer er weinig onscherpte is.
Varieert ook afhankelijk van de modus [Intelligent auto], de scène [Scènemode] e.d.
Het effect van de rode-ogenreductie varieert, afhankelijk van het onderwerp, en wordt beïnvloed
door factoren zoals afstand tot het onderwerp, of het onderwerp tijdens de voorflits naar de camera
kijkt enzovoort. In sommige gevallen is het effect van de rode-ogenreductie verwaarloosbaar.
36
VQT3E53
Geef [Flitser] weer

Selecteer het gewenste type

(Kan ook worden geselecteerd met ►.)
Toepassingen
Normaal gebruik
Onderwerpen in een donkere
omgeving fotograferen
Fotograferen met
achtergrondlicht of onder felle
lampen (bijvoorbeeld tl-licht)
Onderwerpen fotograferen
tegen een nachtlandschap
(statief aanbevolen)
Plaatsen waar u niet mag
flitsen
] onder [Gevoeligheid] is ingesteld; max. 1 sec.
Beschikbare typen per modus
(○: beschikbaar, –: niet beschikbaar,
○ ∗
4
4
Stel in op
,
,
of
afhankelijk van het onderwerp en de helderheid.
• De flitser kan niet worden gebruikt in de filmmodus en in deze scènemodi:
,
,
,
,
.
• Als u een andere scènemodus kiest, worden de standaardflitsinstellingen hersteld.
Het beschikbare flitsbereik met de [Gevoeligheid] instelling is
W-kant (maximaal)
Ongeveer 40 cm – 3,3 m
T-kant (maximaal)
Ongeveer 1,0 m – 1,6 m
Raak de flitser niet aan en kijk er niet van dichtbij (een paar cm) in (→7).
Flits niet dicht in de buurt van andere onderwerpen (warmte en licht kunnen
schadelijk zijn voor het onderwerp).
Flitsinstellingen kunnen veranderen als u een andere opnamemodus kiest.
Wanneer [
] is ingesteld onder [Gevoeligheid], wordt de ISO-gevoeligheid
automatisch ingesteld in een bereik tot 1600.
Er kunnen geen foto's worden gemaakt als deze symbolen knipperen (flitser wordt
opgeladen) (bijvoorbeeld
).
Bij onvoldoende licht kan niet altijd de juiste belichting of witbalans worden gekozen.
Het flitseffect wordt mogelijk niet volledig bereikt bij korte sluitertijden.
Het opladen van de flitser kan even duren als de batterij bijna leeg is, of als de flitser
enkele keren achter elkaar wordt gebruikt.
: standaardinstelling)
[Scènemode]
VQT3E53
37

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave