28
Telefoonfuncties
de internationale toegangscode aan).
Vervolgens kiest u het landnummer, het
netnummer (eventueel zonder
voorloopnul) en het abonneenummer.
Nummer opnieuw kiezen
Als u de lijst met gebruikte nummers in
de standby-modus wilt openen, drukt u
op de beltoets. Vervolgens selecteert u
een nummer of naam en drukt u op de
beltoets.
Een contact bellen
Selecteer
Menu
Namen. Selecteer een contact en druk
op de beltoets.
Spraakoproepen beantwoorden
Als u oproepen wilt beantwoorden door
het toestel open te schuiven, selecteert
u
Menu
Instellingen
>
Oproepen via
schuif.
Een oproep beantwoorden
Druk op de beltoets of open de schuif.
Oproepen beëindigen
Druk op de beëindigingstoets of sluit de
schuif.
De beltoon onderdrukken
Selecteer Stil.
Contacten
en
>
Oproepen
>
Een oproep weigeren
Druk op de beëindigingstoets.
Het volume wijzigen tijdens een
oproep
Gebruik de volumetoetsen.
Snelkeuzetoetsen
Wijs een telefoonnummer toe aan een
van de cijfertoetsen 2-9.
'Snelkeuzetoetsen toewijzen', p. 21.
Gebruik snelkeuzetoetsen om op een
van de volgende manieren te bellen:
Druk op een cijfertoets en
•
vervolgens op de beltoets.
Als
Menu
•
Oproepen
geselecteerd is, houdt u een
cijfertoets ingedrukt.
>
Spraakgestuurde nummerkeuze
Start een oproep door een naam uit te
spreken die in Contacten is opgeslagen.
Aangezien spraakopdrachten
taalgevoelig zijn, moet u
Instellingen
Taalinstellingen
selecteren en uw taal instellen voordat
u spraakopdrachten gebruikt.
Zie
Instellingen
>
Snelkeuze
>
>
Menu
Telefoon
>
>
Taal display
>
>
Aan
>