Figuur 9
1. Hulpstartknop
N.B.: Als de temperatuur 13 C (55 F) of lager is, druk
dan de hulpstartknop vijf maal in, ook weer met steeds
twee seconden ertussen.
N.B.: Gebruik de hulpstartknop niet om een warme motor
die maar kort heeft uitgestaan weer te starten. Bij koud
weer kan echter gebruik van de hulpstartknop ook in die
situatie nodig zijn.
3. Houd de bedieningsstang van het maaimes tegen het
bovendeel van de handgreep (Fig. 8).
4. Trek de starthandgreep langzaam uit totdat u
weerstand voelt, daarna krachtig uittrekken (Fig. 8).
Laat het koord langzaam naar de handgreep
terugkeren.
N.B.: Wil de motor na drie keer trekken aan het startkoord
niet starten, herhaal dan de stappen 2 tot en met 4.
De motor stoppen
Laat de bedieningsstang van het maaimes los. Zowel de
motor als het mes moeten nu stoppen. Doen ze dat niet,
neem dan contact op met een geautoriseerde Service
Dealer.
De rijaandrijving gebruiken
Om de rijaandrijving te activeren loopt u eenvoudig
vooruit met uw handen op het bovendeel van de
handgreep. Door de beweging zal het bovendeel van de
hand- greep naar de maaier toe schuiven, waardoor de
rijaandrijving in werking komt. Hoe harder u loopt, hoe
verder de handgreep schuift, en hoe sneller de maaier
draait (Fig. 10).
Figuur 10
N.B.: De maaier werkt op de hoogste snelheid als u de
handgreep zo ver mogelijk naar voren drukt.
1
m-3855
m-4206
Voor een lagere draaisnelheid gaat u gewoon langzamer
lopen; als u stopt, stopt ook de aandrijving (Fig. 10).
N.B.: Het kan zijn dat na de zelfaandrijving gebruikt te
hebben de maaier niet meer gemakkelijk achteruit wil
rollen. Om dat te verhelpen, duwt u de maaier een paar
centimeter vooruit zonder de zelfaandrijving te activeren,
en trekt hem daarna weer achteruit.
Maaihoogte instellen
U kunt elk wiel afzonderlijk instellen met de
maaihoogtehefboom. Maaihoogten zijn 25 mm (1");
38 mm (1-1/2"); 51 mm (2"); 64 mm (2-1/2"); 76 mm
(3"); en 89 mm (3-1/2").
GEVAAR
MOGELIJK GEVAAR
Bij het instellen van de maaihoogte kunnen uw
handen met het draaiende mes in aanraking
komen.
WAT ER KAN GEBEUREN
Aanraking van het draaiende mes kan ernstig
letsel veroorzaken.
GEVAARLIJKE SITUATIES VOORKOMEN
Zet de motor af en wacht tot alle bewegende
delen stilstaan voordat u de maaihoogte instelt.
Geen vingers onder de behuizing van de
grasmaaier steken bij het instellen van de
maaihoogte.
1. Om de maaihoogte in te stellen, trekt u de hefboom
naar het wiel toe en zet u hem in de gewenste stand
(Fig. 11).
1
Figuur 11
1. Hefboom voor maaihoogte-instelling
2. Laat de maaihoogtehefboom los en zorg ervoor dat hij
goed in de gewenste uitsparing valt.
N.B.: Stel alle vier wielen op dezelfde hoogte in.
Tunnelafsluiter gebruiken
1. Schakel de motor uit en wacht tot alle draaiende delen
zijn gestopt.
2. Open de kokerdeur door de deurgreep achterwaarts te
bewegen (Fig.12).
12
1021