Maandelijks
onderhoud
1. Maak de brandstoftank
schoon.
2. Maak de buitenkant van
de carburateur en de
directe omgeving van de
carburateur schoon.
3. Maak het ventilatorwiel en
de directe omgeving ervan
schoon.
4. Controleer het
brandstoffilter en de
brandstofslangen en
vervang indien nodig.
5. Controleer alle kabels en
aansluitingen.
6. Controleer de koppeling,
de koppelingveren en de
koppelingtrommel op
slijtage. Vervang indien
nodig.
7. Vervang de bougie.
8. Controleer het
vonkenopvangnet van de
geluiddemper en maak het
eventueel schoon (alleen
bij geluiddempers met
katalysator).
18
– Nederlands
ONDERHOUD
1
2
3
4
5
6
7
8
´+H'i¶6(¨