Opbouw en functie
UM 240 W, UM 401 W, UM 501 W
Opbouw en functie
5
Verwondingsgevaar door elektrische spanning!
Het aanraken van onder stroom staande onderdelen, bijv. stroomaansluitingen, kan
levensgevaarlijk zijn!
•
Volg de veiligheidsaanwijzingen op de eerste pagina's van de gebruikershandleiding!
•
De inbedrijfstelling mag uitsluitend worden uitgevoerd door personen die voldoende kennis
hebben om met stroombronnen om te gaan!
•
Sluit verbindings- en stroomkabels uitsluitend aan bij uitgeschakeld apparaat!
Lees en volg de documentatie van alle systeemcomponenten en accessoires!
5.1.1
Koeling van de lastoorts
Onvoldoende antivries in het lastoortskoelvloeistof!
Afhankelijk van de omgevingsomstandigheden worden er verschillende vloeistoffen voor de
koeling van de lastoorts gebruikt > zie hoofdstuk 5.1.1.1.
Koelvloeistof met antivries (KF 37E of KF 23E) moet op regelmatige intervallen op voldoende
antivries worden gecontroleerd om beschadiging van het apparaat of accessoires te voorkomen.
•
De koelvloeistof moet met de antivriestester TYP 1 op voldoende antivries worden
gecontroleerd.
•
Koelvloeistof met onvoldoende antivries eventueel vervangen!
Koelmiddelmengsels!
Mengsels met andere vloeistoffen of het gebruik van ongepaste koelmiddelen leidt tot materiële
schade en tot het verlies van de fabrieksgarantie!
•
Uitsluitend de in deze handleiding beschreven koelmiddelen (overzicht koelmiddelen)
gebruiken.
•
Verschillende koelmiddelen niet met elkaar mengen.
•
Bij vervanging van koelmiddel moet de volledige vloeistof vervangen worden.
De afvalverwerking van koelvloeistoffen moet in overeenstemming met overheidsvoorschriften
en instructies op desbetreffende veiligheidsinformatiebladen worden uitgevoerd.
5.1.1.1
Overzicht toegelaten koelmiddelen
Koelmiddel
KF 23E (standaard)
KF 37E
5.1.1.2
Maximale slangpakketlengte
Apparaten met of zonder gescheiden
draadaanvoerapparaat
Compacte apparaten met aanvullende
tussenaandrijving (voorbeeld: miniDrive)
Apparaten met gescheiden draadaanvoerapparaat
en aanvullende tussenaandrijving (voorbeeld:
miniDrive)
De gegevens hebben betrekking op de totale slangpakketlengte,
inclusief lastoorts. Het pompvermogen wordt vermeld op het typeplaatje (parameter: Pmax).
Pomp 3,5 bar: Pmax = 0,35 Mpa (3,5 bar)
Pomp 4,5 bar: Pmax = 0,45 Mpa (4,5 bar)
10
WAARSCHUWING
Temperatuurbereik
-10 °C tot +40 °C
-20 °C tot +10 °C
Pomp 3,5 bar
30 m
20 m
20 m
Pomp 4,5 bar
60 m
30 m
60 m
099-600010-EW505
27.02.2018