2.6
Handschakelaar
Alle elektrische functies kunnen met de handschakelaar worden bediend. De verstelling van
hoogte en ligvlak is gekenmerkt met overeenkomstige symbolen. Door licht op de
overeenkomende toets te drukken, gaat het systeem naar de gewenste positie.
Let erop dat de kabel van de handschakelaar tijdens het verstellen niet bekneld
raakt. Om storing te voorkomen de handschakelaar met het bedieningspaneel naar
buiten toe aan de bedrand ophangen indien niet in gebruik.
Op de achterkant (afb. 22) van de handschakelaar zit het slot om de functietoetsen te ver- of
ontgrendelen. Door aan de sleutel te draaien wordt de handschakelaar 'vergrendeld' resp. 'geopend'. De
pijl toont de positie op dat moment aan.
De sleutel is een veiligheidselement tegen onbevoegd gebruik van de handschakelaar en moet
altijd in een andere ruimte worden bewaard.
Toetsen van de handschakelaar (afb. 22):
1. Bedieningsveld (van boven).
Hoofdeinde omhoog/omlaag (links resp. rechts) bij elektromotorische ligvlakken
2. Bedieningsveld (van boven).
Voeteneinde omhoog/omlaag (links resp. rechts) bij elektromotorische ligvlakken
3. Bedieningsveld (van boven).
Hoofd- en voeteneinde gelijktijdig omhoog/omlaag (links resp. rechts) bij
elektromotorische ligvlakken
4. Bedieningsveld (onder)
Hefmotor (lattenbodem) omhoog/omlaag (links resp. rechts)
BT 2018 Lukas 68/102 – 01
Afbeelding 22
- 10 -
Uitvoering – 05.2018