10. Reiniging en onderhoud
Schakel het apparaat voor reinigings-, onderhouds- en verzorgingswerkzaamheden uit en trek de accu uit
het apparaat.
Er bevinden zich geen onderdelen in de motoreenheid (6) die door u moeten worden onderhouden, open/
demonteer hem daarom nooit. Onderhoud of reparaties en het daarmee verbonden openen van de mo-
toreenheid (6) mag alleen door een vakman of een daarvoor geschikte servicewerkplaats worden uitge-
voerd.
Voorkom absoluut dat water of vocht in de motoreenheid (6) terecht komt.
Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen of chemicaliën, maar alleen een licht bevochtigde doek. On-
geschikte reinigingsmiddelen kunnen verkleuringen op het kunststof oppervlak veroorzaken. Gebruik voor
de reiniging ook nooit schuurmiddelen, alcohol, benzine, spiritus of soortgelijke vloeistoffen!
a) Onderhoud
• Controleer voor en na elk gebruik het apparaat en de accessoires op slijtage. Gebruik het apparaat nooit met
versleten accessoires.
• Controleer na elk gebruik of de luchtaanzuigkanalen verstopt zijn.
• Controleer na elk gebruik of de luchtaanzuigkanalen lekken, die de prestaties kunnen beïnvloeden.
• Vervang volle filterzakken.
b) Reiniging
• Leeg het zuigreservoir (8) altijd na gebruik.
• Reinig het product altijd direct na gebruik, zodat stof en vuil zich niet kunnen vastzetten.
• Houd vooral de veiligheidsvoorzieningen, de ventilatieopeningen en de motorbehuizing vrij van vuil en stof.
• Een zorgvuldige reiniging zorgt voor het behoud van de functionaliteit van het product, zodat u er lang plezier van
hebt. Een goede vakman is zuinig op zijn gereedschap!
• Verwijder stof met een schone langharige kwast. Stof kan eveneens met perslucht (geringe druk!) worden ver-
wijderd.
• Gebruik voor de reiniging van de buitenkant van het product alleen een schone, droge en pluisvrije doek.
c) Filterreiniging
• Verwijder het schuimstof filter (13) van de aanzuigkorf van de motoreenheid (6).
• Klop los stof uit het schuimstof filter (13).
• Indien nodig kan het schuimstof filter (13) in water worden gereinigd.
• Laat het schuimstof filter (13) na een reiniging met water eerst grondig drogen, alvorens het weer op de aanzuig-
korf van de motoreenheid (6) te plaatsen.
14