Programmering
Automatische sluiting
Bij het gebruik van de automatische sluiting moet er in ieder geval een lichtbarrière als contactloze veiligheids-
!
voorziening worden geïnstalleerd om schade aan voertuigen of verwondingen van personen te voorkomen!
Het sluiten van de deur gebeurt na afloop van de openhoudtijd automatisch en eventueel zonder toezicht: zonder licht-
barrière zal de aandrijving pas bij het raken van een object of een persoon omkeren! Met name door in beweging zijnde
voertuigen kan zo ernstige schade aan het voertuig en garagedeur worden veroorzaakt!
1
Keuze van de openhoudtijd
In de fabriek is het automatische sluiten geactiveerd� Met de DIP-koppelingschakelaars 5+6 wordt deze door het selecteren
van de openhoudtijd geactiveerd:
Gedeactiveerd
Na wijziging van de DIP-koppelingschakelaarstand begint de rode LED intervalachtig te knipperen; druk kort op de rode
Leren-toets om de wijziging te bevestigen; de LED gaat uit, de automatische sluitinrichting is geactiveerd�
2
Waarschuwing via de geïntegreerde verlichting op de aandrijving
Bij het gebruik van de automatische sluitinrichting is de waarschuwing voor het sluiten altijd actief; de verlichting op de
aandrijving knippert circa 6 seconden lang voordat de sluittoepassing wordt gestart� Met de DIP-koppelingschakelaar 4 kan
de waarschuwing extra voor het openen worden geactiveerd:
Waarschuwing alleen voor het sluiten
Het aansluiten van één of meerdere extra externe 230V waarschuwingslampen is mogelijk via de aansluitklemmen van de
verlichting op de aandrijving (5+6) (in totaal max� 160 Watt)� De aandrijfkast moet voor het bereiken van de klemmen volle-
dig worden verwijderd� Bedradingen en aansluitingen in de 230V sector mogen alleen door elektriciëns of andere
hiertoe geautoriseerde personen worden uitgevoerd.
3
Aansluiting van een lichtbarrière
Als contactloze veiligheidsvoorziening moet bij het gebruik
met de automatische sluiting een lichtbarrière worden aan-
gesloten� Als er na afloop van de openhoudtijd een obstakel
in de lichtbarrière aanwezig zou zijn, dan wordt de auto-
matische sluiting zo lang niet gestart totdat de lichtbarrière
weer wordt vrijgegeven�
Wanneer de lichtbarrière een obstakel tijdens het sluiten her-
kent, keert de aandrijving volledig om in de richting OPEN;
de openhoudtijd begint opnieuw te lopen en de sluitproce-
dure wordt daarna opnieuw automatisch gestart�
4
Gedrag van de impulsopnemers (radio, wanddruktoets)
Als de automatische sluitinrichting geactiveerd is, blijven binnenkomende commando's tijdens het openen buiten beschouw-
ing, dat wil zeggen dat de aandrijving de openingsbeweging voortzet tot aan het bereik van de eindpositie OPEN�
Een onderbreking van de openingsprocedure is alleen mogelijk door:
- motoruitschakeling bij het waarnemen van een obstakel door aanraking
- detectie via de ingang D+C (toegangsdeur resp� lichtbarrière) tot circa 2 seconden na het begin van het openen� Als de
deur geopend is, bewerkstelligt een binnenkomend commando een herstart van de openhoudtijd, dat wil zeggen, deze
wordt langer�
5
Blokkeren van de automatische sluiting
Wanneer de gebruiker de automatische sluitinrichting af en toe wil blokkeren, dan kan op de toetsaansluiting A+B een ti-
merschakelaar (uitvoering als een standaard lichtschakelaar) worden aangesloten� De aandrijving wordt zo lang geblokkeerd
als de timerschakelaar op AAN gezet is; wanneer de schakelaar op UIT wordt gezet, sluit de aandrijving de deur automa-
tisch� De timerschakelaar kan parallel aan een kabelgebonden druktoets worden aangesloten�
Pagina 14
WEB-Version
30 seconden
90 seconden
Waarschuwing voor het openen en sluiten
24V
24V
D
C
Montagehandleiding TM50/TM80 - MO911/1V0
120 seconden