Bevestigen
Monteer de sirene bij voorkeur op een
centrale locatie in de woning voor een
betere geluidsoverdracht, op een hoge,
moeilijk te bereiken plaats (bijvoorbeeld
in het trappenhuis, boven een kleerkast).
Instelling van de piepsignalen op de sirene
Iedere keer dat u het alarmsysteem inschakelt of uitschakelt, geeft de sirene een of meer piepsignalen om te
melden dat het commando goed wordt ontvangen. U kunt deze piepsignalen uit zetten.
U heeft een oudere sirene waarbij de printplaat zichtbaar is
Piepsignalen deactiveren
Houd de toets van de sirene
circa 5 seconden ingedrukt
totdat het controlelampje
uitgaat.
U heeft een nieuwe sirene waarbij de printplaat niet zichtbaar is
Plaats microschakelaars 2 en 3 in de gewenste bedrijfsstand:
Standaard stand van de schakelaars
Verander
de stand
van de andere
schakelaars niet.
- 2 -
Aangeraden wordt de piepsignalen op minstens één onderdeel geactiveerd te
laten. Zo blijft u beter op de hoogte van de werking van uw alarmsysteem.
Aftekenen, boren met 6 mm. en bevestigen.
Piepsignalen opnieuw activeren
Stand van de
2
schakelaars
0N
Ontvangstbevestigings-
piepsignalen
(bovenste stand)
uitgeschakeld
OFF
Ontvangstbevestigings-
piepsignalen
(onderste stand)
ingeschakeld
Voordat u het product
weer dichtmaakt, kunt
u de piepsignalen van
de sirene deactiveren.
Zie volgende stap.
Ø 6 mm
'PIEP'
Houd de toets van de sirene
circa 5 seconden ingedrukt
beschermkap
totdat het controlelampje
uitgaat.
U hoort een 'PIEP'
3
Luide ontvangstbevestigings-
piepsignalen
Stille ontvangstbevestigings-
piepsignalen
Maak de beschermkap
weer dicht.
Maak de
weer dicht.