Aanwijzing:
• Om een normale werking op batterijvoeding te garanderen, moet de batterij,
• zoals beschreven in hoofdstuk 7, gedurende 8 uur volledig worden opgeladen.
• Wanneer de afzuigpomp via het netsnoer is aangesloten op een voedings-
bron, werkt het apparaat niet op de ingebouwde oplaadbare batterij.
6.2
Bediening
Aanwijzing:
• Controleer voor elk gebruik of de slangen en het afzuigreservoir geen scheuren,
gaten, enz. vertonen. Beschadigde onderdelen moeten worden vervangen.
• Controleer of het gewenste vacuüm is ingesteld voordat u de afzuiging aanvat.
• Raadpleeg de behandelende arts voor de juist vacuüminstelling voor uw spe-
cifieke toepassing.
• Kijk tijdens de afzuiging regelmatig naar de batterij-indicator. Indien de
onderste led-indicator rood brandt, kies dan een andere voedingsbron en laad
de accu zo snel mogelijk weer op.
• Voer voor elk gebruik een werkingstest uit (zie paragraaf 9.5).
6.2.1 Zet het apparaat in de buurt van een stopcontact en binnen het bereik van de
patiënt op een vlakke en stabiele ondergrond. Zorg dat de ventilatieopeningen op
de zijkant van de behuizing van het apparaat niet geblokkeerd zijn.
6.2.2 Nadat u de voedingsbron hebt geselecteerd, schakelt u het apparaat aan ("I").
Druk hiervoor op de voedingsschakelaar links naast de manometer.
6.2.3 Stel met de vacuümregelaar (rechts naast de manometer) een vacuümniveau in
tussen 105 – 570 mmHg (0,14 tot 0,76 bar). Door de knop rechtsom te draaien
verhoogt u het vacuüm en door deze linksom te draaien verlaagt u het vacuüm. U
kunt het gewenste vacuümniveau aflezen met de manometer. Het vacuümniveau
correct instellen en aflezen is enkel mogelijk door de openingen van de vingertop/
afzuigonderbreker aan het uiteinde van de afzuigverbindingsslang af te sluiten of
dicht te houden.
Let op!
• Kijk tijdens de afzuiging regelmatig het vulpeil van het afzuigreservoir na en
ledig dit op tijd.
• De afzuiging op de patiënt wordt automatisch geblokkeerd wanneer het vloei-
stofpeil aan de overloopbeveiliging aan de onderzijde van het deksel van het
afzuigreservoir komt.
8