Inhoudsopgave
Advertenties
Opmerking: Als het apparaat gebruikt wordt in een voertuig
met de batterij negatief verbonden aan het chassis, dan
moeten belastingen verbonden met de laadregelaar niet een
elektrische verbinding hebben met het chassis van het voertuig.
Anders worden de Low Voltage Disconnect (loskoppeling bij een
te lage spanning) functie en de zekering van de laadregelaar
met elkaar kortgesloten.
Voordat u de laadregelaar in gebruik neemt
Automatische zelftest
De laadregelaar voert automatisch een zelftest uit zodra hij een
stroom ontvangt van de batterij of de zonnepanelen. Na deze
zelftest werkt de laadregelaar als gewoonlijk.
Voltage van het systeem
De laadregelaar kiest automatisch voor de 12 volt of 24 volt werking.
Als de laadregelaar opstart controleert hij de spanning van de
batterij. Als deze spanning hoger is dan 20.0V, dan kiest de
laadregelaar voor de 24 volt werking. Mocht de spanning van de
batterij niet binnen het normale werkingsbereik zijn (ca. 12 tot 15.5V
en ca. 24 tot 31V) bij het opstarten, dan geeft de laadregelaar een
fout met de status LEDs. (zie Foutbeschrijving)
Batterij type
De laadregelaar is vooraf ingesteld naar de werking met lood zuur
batterijen met een vloeibare elektrolyt. Mocht u de laadregelaar
willen gebruiken met een lood zuur batterij met een vaste elektrolyt
(gel of vlies), dan kan u de laad karakteristieken (zie Instellingen)
aanpassen om dit veilig mogelijk te maken. Bij gebruik met een lood
zuur batterij met een vaste elektrolyt wordt de egalisatie fase
uitgeschakeld.
Neem bij vragen contact op met uw handelaar.
6
Advertenties
Inhoudsopgave
