9.1.2
Richtlijnen voor het aansluiten van de elektrische
bedrading...........................................................................
9.1.3
Specificaties van de standaardcomponenten van de
bedrading...........................................................................
9.2
De elektrische bedrading op de buitenunit aansluiten .....................
9.1
Over het aansluiten van de
elektrische bedrading
Vooraleer de elektrische bedrading aan te sluiten
Let op de volgende punten:
▪ De koelmiddelleiding is aangesloten en gecontroleerd
▪ De waterleiding is aangesloten
Typische werkstroom
De elektrische bedrading aansluiten bestaat doorgaans uit de
volgende stappen:
1
Controleren of het voedingssysteem voldoet aan de elektrische
specificaties van de units.
2
De elektrische bedrading aansluiten op de buitenunit.
3
De elektrische bedrading aansluiten op de binnenunit.
4
De hoofdvoeding aansluiten.
9.1.1
Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten
van elektrische bedrading
WAARSCHUWING
Toestel moet worden geïnstalleerd conform de nationale
bedradingsvoorschriften.
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
INFORMATIE
Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de
volgende
hoofdstukken
veiligheidsmaatregelen" [ 4 3].
INFORMATIE
Lees
tevens
de
standaardcomponenten van de
WAARSCHUWING
▪ Al de bedrading MOET door een erkende elektricien
uitgevoerd worden en MOET voldoen aan de geldende
wetgeving.
▪ Maak elektrische verbindingen op de bevestigde
bedrading.
▪ Alle op de site geleverde componenten en alle
elektrische constructies MOETEN voldoen aan de
geldende wetgeving.
2(A)MXM40+50 + 2(A)MXF40+50
R32 Split-reeks
4P600463-2C – 2020.08
in
de
"2
Algemene
"9.1.3
Specificaties
van
bedrading" [ 4 24].
WAARSCHUWING
24
▪ Als de voeding een ontbrekende of een verkeerde
nulfase heeft, Kan de apparatuur defect raken.
24
24
▪ Sluit correct op de aarde aan. Aard de unit NIET via
een nutsleiding, een piekspanningsbeveiliging of de
aarding van de telefoon. Een onvolledige aarding kan
elektrische schokken veroorzaken.
▪ Plaats de vereiste zekeringen of stroomonderbrekers.
▪ Bevestig de elektrische bedrading met kabelbinders,
zodat deze NIET in contact kan komen met scherpe
randen of buizen, vooral langs de hogedrukzijde.
▪ Gebruik GEEN draden met tape, geen gevlochten
geleiders, geen verlengkabels en geen aansluitingen
van een sterinstallatie. Deze kunnen zorgen voor
oververhitting
veroorzaken.
▪ Installeer GEEN fasecompensatiecondensator, omdat
deze
fasecompensatiecondensator vermindert de prestaties
en kan ongevallen veroorzaken.
WAARSCHUWING
Gebruik
ALTIJD
stroomtoevoerkabel.
WAARSCHUWING
Gebruik een alpolige schakelaar met een contactscheiding
van minstens 3 mm om het contact volledig te verbreken
onder overspanningscategorie III.
WAARSCHUWING
Als het netsnoer beschadigd is, MOET de fabrikant, zijn
vertegenwoordiger,
gelijkaardige bevoegde personen het snoer vervangen om
een gevaarlijke situatie te voorkomen.
WAARSCHUWING
Sluit de elektrische voeding NIET aan op de binnenunit. Dit
kan een elektrische schok of brand veroorzaken.
de
WAARSCHUWING
▪ Gebruik
onderdelen binnenin het product.
▪ Tak de elektrische voeding niet af voor de afvoerpomp,
etc. van het klemmenblok. Dit kan een elektrische
schok of brand veroorzaken.
WAARSCHUWING
Houd de bedrading tussen de units uit de buurt van
koperen leidingen die niet thermisch geïsoleerd zijn
aangezien dergelijke leidingen heel warm worden.
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
Alle elektrische onderdelen (thermistors inbegrepen)
krijgen stroom van de elektrische voeding. Raak ze NIET
aan met blote handen.
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
Schakel de elektrische voeding langer dan 10 minuten uit
en meet de spanning aan de aansluitklemmen van de
condensatoren
onderdelen vooraleer u een onderhoud uitvoert. De
spanning MOET minder dan 50 V DC zijn vooraleer u
elektrische onderdelen mag aanraken. Raadpleeg het
bedradingsschema
aansluitklemmen.
Elektrische installatie
of
elektrische
schokken
unit
een
inverter
bevat.
een
meeraderige
zijn
servicevertegenwoordiger
GEEN
lokaal
aangekochte
van
de
hoofdkring
of
voor
de
plaats
Uitgebreide handleiding voor de installateur
of
brand
Een
kabel
als
of
elektrische
elektrische
van
de
23