De accu opladen
Onderhoudsinterval: Om de 25 bedrijfsuren
Vóór de stalling
Uitsluitend model 20796
Laad de accu voor het eerste gebruik gedurende 24 uur
op, doe dit vervolgens elke maand (steeds na 25 keer
starten) of wanneer dit nodig is. Gebruik de acculader
altijd op een beschutte plaats en laad de accu op bij
kamertemperatuur (22°C) indien dit mogelijk is.
1. Sluit de acculader aan op de kabelboom van de
machine, die zich onder het contactsleuteltje bevindt
(Figuur 40).
Figuur 40
2. Sluit de acculader aan op een stopcontact.
Opmerking: Als de accu niet meer kan worden
opgeladen, moet u deze afvoeren of verwerken volgens
de plaatselijk geldende voorschriften.
Zekering vervangen
Uitsluitend model 20796
Als de accu niet oplaadt of de motor niet gaat lopen
met behulp van de elektrische starter, is de zekering
waarschijnlijk doorgebrand. Monteer een nieuwe 40 A
insteekzekering. Zie Zekering monteren.
De tandwieloverbrenging
smeren
Onderhoudsinterval: Om de 25 bedrijfsuren
1. Veeg de smeernippels aan de binnenkant van de
achterwielen af met een schone doek (Figuur 41).
2. Zet een vetspuit op elke smeernippel en pomp er
voorzichtig twee of drie slagen Nr. 2 smeervet op
lithiumbasis voor algemene doeleinden in.
Het maaimes vervangen
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
Om de 25 bedrijfsuren—Vervang het
maaimes of laat het slijpen (vaker als
de snijrand snel bot wordt).
Belangrijk:
U hebt een momentsleutel nodig om
het mes op correcte wijze te monteren
momentsleutel hebt of niet goed weet hoe u de
montage moet uitvoeren, kunt u contact opnemen
met een erkende Service Dealer.
Controleer het mes wanneer de benzinetank leeg is.
Een beschadigd of gescheurd mes moet direct worden
vervangen. Als de snijrand bot is of bramen vertoont,
moet u het mes laten slijpen of vervangen.
Het maaimes is scherp, contact met het
maaimes kan ernstig lichamelijk letsel
veroorzaken.
Gebruik handschoenen als u het mes monteert.
1. Maak de bougiekabel los van de
bougie. Zie "Voorbereidingen voor
onderhoudswerkzaamheden".
2. Kantel de maaimachine altijd op de zijkant met het
luchtfilter naar boven.
3. Gebruik een blok hout om het mes stil te houden
(Figuur 42).
17
Figuur 41
. Als u geen